

Verslag struintocht Lobberdense Waard 26 juni 2022
Na een verfrissende regenbui in de ochtend lag de Lobberdense Waard er koel en groen bij.
Onder de 20 deelnemers ook een aantal mede IVN gidsen die allemaal hun kennis hebben gedeeld met de aanwezige gasten. Hieronder ook mensen die als toerist op het Gelders Eiland aanwezig waren.
Na het welkomstwoord gaf Gerrit uitleg over de natuurontwikkeling in het gebied. Men is bezig om de delfstoffen eruit te halen en naderhand nevengeulen (hoogwaterberging) en plas-dras gebieden (vasthouden water) aan te leggen. Deze vormen dan de basis voor mooie riviernatuur.
Daarna splitsen we de groep in tweeën en gaat de ene met Gerrit en Fred op stap en de andere met Carin. Onder de deelnemers bevinden zich een paar enthousiaste fotografen waarvan twee dames zich inmiddels aangemeld hebben voor de komende natuurcursus in september.
Op de dijkwanden staan nu al volop gerijpte grassen. Dit wordt in fasen gemaaid om zaden de kans te geven af te vallen en bijvoorbeeld insecten als het zandoogje de kans te geven eitjes af te zetten. Zandoogjes vlogen er dan ook volop rond. Ook vonden we dagpauwogen en hun zwart bestekelde rupsen. Verder een enkel blauwtje, wat distelvlinders en wat groot witjes.
In het water stond de watergentiaan nog in bloei en vonden we het hoge moeraskruiskruid. Op het land keken we hoeveel verschillende planten er op een vierkante meter groeien. We vonden onder andere diverse bloeiende klaversoorten, rode ogentroost, margrieten, heksenmelk en jacobskruiskruid met daarop de zwartgeel gestreepte rupsen van de jacobsvlinder. We praatten over de voordelen van zo’n grote diversiteit aan planten. Hier vonden we ook het nest van een kraamkamerspin.
De beverwissel bij de kleine ingang is nog steeds in gebruik maar verder hebben we geen knaagsporen gezien.
Op de grote weide stond een mooie groep kaardenbollen die met behulp van geurende waterpoeltjes aan de basis van hun bladeren insecten lokken. Deze verdrinken in het water en worden dan door bacteriën omgezet tot meststof voor de plant. Eigenlijk een vleesetende plant dus.
De Lobberdense Waard wordt op dit moment begraasd door een groepje van 5 jonge blondes d’aquitaines die ons vanaf een afstandje rustig bekeken. Het gras staat er behoorlijk hoog. Het valt wel op dat deze dames heel wat minder avontuurlijk zijn dan de Rode Geuzen waarvan je vroeger de looppaden door heel het gebied vond.
Op de boswei stond het gras nog hoger en vonden we regelmatig enorme sabelsprinkhanen.
Boven het gras jaagden grote snel vliegende libellen (soort?) waarvan er eentje een vlinder greep.
De deelnemers zochten hier in stilte ieder hun eigen weg totdat Henk vanuit de anderen groep ons toeriep dat er sabelsprinkhanen zaten! Verder vonden we exemplaren van én de jacobsvlinder én de sint-jansvlinder.
Daarna gaan we door de laagte naar het dijkje dat dwars door het wilgenbos loopt terug naar de ingang en daar zagen we twee paartjes zwarte sternen op jacht naar libellen.
In het maisveld vluchtten kleine bruine padjes gehaast voor onze voeten weg.
Bij de auto’s gekomen heeft Gerrit zijn kofferbak geopend om lekkere koffie te schenken en praatten we nog even gezellig na.
Foto’s: Marijke de Both