
Groen en geel
Natuurweetje gepubliceerd op 1 juli 2020
Als de zomer is aangebroken is meestal daarmee de tijd gekomen voor ingrijpende veranderingen in het landschap. De zo gevarieerde voorjaarsflora is inmiddels uitgeput en verwelkt en is al na de zaadvorming aan verspreiding begonnen. Neem maar de paardenbloem pluizen die de zaden hebben weggedragen. Alle fruitbomen zijn uitgebloeid en de zaaddragende vruchten zijn volop in ontwikkeling. Graanvelden beginnen hun frisse groene kleur te verliezen richting geel door rijping graan en verdroging. Zo verdwijnt er een groot deel van de lentekleuren.
Daar komt dan nog bij dat er in deze tijd juist nogal wat geelbloeiende planten het natuurbeeld mee bepalen. Vooral uit de composieten familie zijn er een heleboel bloeiende planten rondom te vinden. Van klein tot groter en groot zelfs. Neem maar de kruiskruiden, het streepzaad, biggenkruid, leeuwentand en de havikskruiden met hun vrij kleine bloemen die vaak massaal optreden in wegbermen en overhoeken en zelfs tuinen. Dan natuurlijk ook het grotere boerenwormkruid en het jacobskruiskruid langs de wegen. En vervolgens nog in de sector met de grote bloemen zijn er de alant, aardpeer en dergelijke. Om tenslotte bij de zonnebloem akkers de grootste gele vlekken te vinden.
Een tijdje wordt door deze gele weelde het totaalbeeld flink beïnvloed en soms overheerst. Seizoensgebonden flora lijkt enigszins kleurgebonden te zijn. In ieder geval is het nu wel enigermate familiegebonden aan de composieten.
Jan van Twisk,
Waalre, 30-6-2020