Vogels
Hans de Jonge is winnaar van Overijsselse groene vrijwilligersprijs 2023
Uitreiking
Voordracht
Het bestuur IVN Olst-Wijhe had Hans de Jonge met de uilenwerkgroep voorgedragen voor de Groene vrijwilligersprijs Overijssel omdat Hans al 20 jaar zeer trouw en consciëntieus de uilenwerkgroep coördineert, hierbij jaarlijks het ringen regelt en het belang van het doorgeven van de gegevens over de verschillende soorten uilen waarmaakt. In 2003 heeft Hans samen met Gerard Overmars de werkgroep opgericht. De gegevens worden door gegeven aan de Sovon en Vogeltrek station.
Hierdoor heeft hij met de werkgroepleden zeker een grote bijdrage geleverd bij het in stand houden en mogelijk vermeerderen van de soorten en aantallen uilen in ons werkgebied. Hij kent inmiddels alle ins en outs van de uilen. Voor hem is het werken op een veilige manier voor de vrijwilligers uiterst belangrijk en geeft daarbij de noodzakelijke instructies om veilig te kunnen werken. Incidenteel geeft Hans, met enkele leden van de werkgroep voorlichting/educatie over de uilen.
Hij is zeer gedreven en nu hij mogelijk het stokje door wil geven aan een opvolger zal hij er voor zorgen dat deze persoon zeer goed wordt ingevoerd om deze werkgroep en het werk voor de uilen voort te kunnen zetten. Hans kennen we ook als actief meedenkend met het IVN bestuur door zijn opbouwende kritiek, inbreng nieuwe leden, en zaken rondom veiligheid en instructies.
De werkgroep
Op dit moment bestaat deze uilenwerkgroep uit ongeveer 15 leden.
Ze zijn actief in de hele gemeente Olst-Wijhe, van Herxen tot aan de grens met Diepenveen/ Deventer, en van de IJssel tot in en om de Elshof, Middel, Wesepe en Welsum. In totaal zijn daar ruim 150 steenuil kasten geplaatst en meer dan 95 kerkuil kasten. De steenuil kasten hangen meestal op een hoogte van drie à vier meter in bv. fruitbomen of wilgen; de kerkuil kasten voornamelijk bij boerderijen in (hoge) kapschuren.
Veel kasten worden in eigen beheer gemaakt, maar we krijgen of kopen ze ook wel via Landschap Overijssel. Soms zorgt de erfeigenaar zelf voor een kast. Een kast moet wel aan specifieke voorwaarden en “bouwvoorschriften” voldoen, afhankelijk van de uilensoort, waarvoor hij bedoeld is.
De leden van de werkgroep gaan zelf op zoek naar geschikte locaties en biotopen, maar ze worden ook regelmatig door mensen, die een uil hebben waargenomen op hun erf, gebeld of aangesproken. Ze werken volgens een vast jaarlijks rooster. Eind april of begin mei, afhankelijk van het weer, controleren ze alle steenuil kasten om in beeld te brengen welke bewoond zijn, te weten rond welke datum de eerste eieren gelegd zijn.
Ze hanteren de noodzakelijke voorzichtigheid om verstoring te voorkomen.
Van de andere uilensoorten als ransuil en bosuil worden in de winter naar roestplekken (dit zijn definitieve verblijfplaatsen, vaak opteren ze dan voor groen blijvende bomen zoals thuja’s, hulst, spar, taxus of met klimop bedekte loofbomen) gezocht en worden eveneens aan de SOVON gemeld.
Al met al is het voor de uilenwerkgroep een prachtige en intensieve natuuractiviteit en waarvoor Hans en de uilenwerkgroep deze prijs verdiend hebben ontvangen.
