Over slijkvliegen, smaragdlangsprietmotten en ander klein spul

Zomaar zie je een goudkleurig beestje met hele lange voelsprieten op en neer dansen in het zonlicht en dan denk je ‘van wat is dat voor raar beestje?’ Opeens zie je nog één en nog één en dan zie je een hele verzameling. Dan vraag je je wellicht af van ‘waren die beestjes er altijd al?’. Ja dus, alleen tussen wat er is én wat we zien, daar zit nogal een verschil tussen.
Neem nu de smaragdlangsprietmot, alleen voor de naam al zou je hem willen zien.  Als je de komende twee weken de natuur in trekt en je let er op, dan ga je hem vast en zeker zien. De vrouwtjes van deze dagactieve nachtvlinder hebben minder lange  sprieten maar mogen er ook zijn.

Als je dan toch buiten bent en ‘met je hoofd leeg, klein gaat kijken’, zie je ongetwijfeld nog veel meer kleine beestjes zoals de onweerstaanbare slijkvlieg, de elzenhaantjes of die rare vlieg met zijn ontzettend lange achterpoten; dit is één van de 200 soorten dansvliegen die in Nederland voorkomen.

Deze insecten zijn er nu opeens met miljoenen tegelijk, maar grijp je kans, want na het eten, het paren en het eitjes leggen is het feestje weer net zo snel afgelopen als dat het begon en moet je weer een jaar wachten.

Tekst en foto’s: Bart Pijper