Soort van de maand

Soort van de maand | Oktober


De egel

In oktober zie je ze soms nog door tuinen en parken scharrelen: egels (Erinaceus europaeus). Met hun spitse snuit, korte pootjes en rug vol stekels zijn ze één van de meest herkenbare zoogdieren van Nederland. Een volwassen egel draagt gemiddeld 6.000 tot 7.000 stekels, die elke anderhalf jaar worden vervangen. Bij gevaar rolt de egel zich bliksemsnel op tot een stekelige bal; een effectieve verdediging tegen veel roofdieren.

Egels zijn nachtactief en leggen ’s nachts soms wel twee tot drie kilometer af op zoek naar voedsel. Ze zijn omnivoren: hun dieet bestaat uit insecten, wormen, slakken, spinnen, maar ook vruchten en bessen. In oktober eten ze zich extra vol, want om de winter te overleven moeten ze voldoende vetreserves opbouwen. Tijdens de winterslaap, die wel vier tot vijf maanden kan duren, daalt hun lichaamstemperatuur van ongeveer 35 °C naar slechts 5 °C. Hun hartslag vertraagt van 180 slagen per minuut naar minder dan 20; een indrukwekkende energiebesparing.

Egels zoeken voor de winterslaap een beschut plekje, vaak in een hoop bladeren, takken of houtstapels. In tuinen kunnen ze daar goed terecht, maar het versnipperde landschap, verkeer en het verdwijnen van heggen en wilde hoekjes maken het hen lastig.

Gelukkig kun je helpen: laat in de herfst wat bladeren of takken liggen, maak een doorgangetje van 10×10 cm in de schutting (een “egelsnelweg”) en zet nooit melk neer! Dat kan egels ziek maken. Vers water is veel beter.

De egel is dus niet alleen een charmant nachtdier, maar ook een soort die laat zien hoe belangrijk een natuurrijke tuin kan zijn.

Lees hier meer over de egel.