Het goudhaantje ons kleinste vogeltje.

Aa en Hunze 2 oktober 2023

Het vogeltje is slechts 8,5 centimeter groot en weegt ongeveer 5 gram, dat is zoveel als een speculaaskoekje. Goudhaantjes (Regulus regulus) leven het liefst in naaldbossen, hoog in de kruinen van sparren. Dit broedvogeltje vind je ze vooral op de Veluwe, Utrechtse Heuvelrug en Drenthe. De naam goudhaantje komt door de gele streep boven op zijn hoofdje, links en rechts afgezet met een zwartje lijntje. Bij het mannetje zit er nog een vleugje oranje doorheen. De gewone goudhaan heeft geen oogstreep, het zwarte kraaloogje valt wel goed op in het lichtere kopje.

Omdat goudhaantjes zo klein zijn en een groen verenkleed hebben zijn ze moeilijk te zien, toch zijn het drukke vogeltjes die weinig stilzitten. Dus als je een hoog ” sie-sie-sie ” hoort moeten je goed kijken want dat is het geluid wat goudhaantjes maken en zijn ze in de buurt. Goudhanen eten vooral insecten en spinnen. Ze gaan in de boomkruinen op zoek naar hun voedsel. Soms hangen ze biddend voor een spinnenweb om er de insecten uit te plukken.

Een verwante soort is het zeldzamere vuurgoudhaantje, deze is wat sprekender van kleur en heeft een opvallende zwart met witte oogstreep en is ook ietsje groter. De vuurgoudhaan is niet gebonden aan sparrenbossen en kom je ook in parken en tuinen tegen.

Naast broedvogel is het goudhaantje ook een nachttrekker. In de winter verlaten ze de naaldbossen en zijn ze ook te zien in loofbos, parken en tuinen maar ook lager bij de grond te vinden. Er komen ook veel wintergasten uit Scandinavië naar ons land en hun aantal kan soms wel vervijfvoudigen. Uiteindelijk trekken ze door naar Zuid Europa en een ander deel gaat richting de Balkan. De najaarstrek begint vanaf september en duurt tot oktober. Vanaf maart tot april trekken ze weer terug en dat zijn goede tijden om goudhaantjes te spotten. 

Strenge winters kunnen de aantallen decimeren. Extra veel jongen in de jaren erna compenseren de winterse verliezen. Goudhanen kennen over het algemeen twee broedsels per jaar met ieder 7 tot 10 jongen. Bijzonder is dat deze niet altijd achter elkaar zijn maar soms in elkaar schuiven. Het vrouwtje broedt de eieren uit, verlaat man en kinderen en gaat alleen een nieuw nest bouwen en legt hierin alweer haar nieuwe eieren. Het mannetje neemt de broedzorg van het eerste nest in zijn geheel over maar zodra de jongen van het eerste nest zijn uitgevlogen en zelfstandig zijn, springt het mannetje bij in de broedzorg voor het tweede legsel.

Vooral ’s winters is het voor vogels belangrijk om ’s nachts warm te blijven en zo kostbare energiereserves te sparen. De goudhaan zoekt ’s nachts soortgenoten op. Door dicht tegen elkaar te gaan zitten, wordt een veel kleiner deel van het lichaamsoppervlak aan de koude lucht blootgesteld zodat de vogels elkaar kunnen warm houden. Als twee goudhanen tegen elkaar aan zitten, kan hun warmteverlies met 25% worden gereduceerd en met drie goudhanen wordt er wel 30% bespaard. De goudhaan is erg gevoelig voor koude winters. Als insecteneter komt hij dan gauw in de problemen. Na een strenge winter kan de populatie sterk terugvallen. Goudhaantjes worden in de wintermaanden geregeld in tuinen waargenomen, maar komen zelden naar vetbollen, pindaslingers of op de voedertafel. Een kleine vijver of drinkplaats in uw tuin helpt  want ze willen wel eens een bad nemen. Ook met sparren in de tuin doe je een dit kleinste vogeltje van Europa altijd een plezier.

Veel geluk met spotten, Willy van Houte

 

Geluid van het goudhaantje

 

 

Deel deze pagina