
Lente – voorjaar
Natuurweetje gepubliceerd op 24 februari 2020
Na het op een rijtje zetten van alle Nederlandse soortnamen van “Winter” planten lijkt het logisch om ook eens te gaan kijken naar de volgende serie. Welke planten hebben zoveel eer gekregen dat ze het voorzetsel “Lente” konden bemachtigen. Of desnoods de voornaam “Voorjaar”. Verbazingwekkend is het dan dat ook daar bepaald niet een overdaad van bestaat. En dat voor een jaargetijde waar bijna ieder mens naar uitziet en verlangt. Dan immers is het duidelijk waarneembaar dat de dagen flink “lengen”. Ze hebben intussen aardig aan “lengte” gewonnen voor zover het de daglichtperiode betreft. Daar zijn zowel plant als dier gevoelig voor. De belofte en het vooruitzicht van meer licht en warmte. Beide ingrediënten zijn toch nodig om groei van planten te ondersteunen. Verjonging en voortbestaan van de soort wordt zo bijna gegarandeerd. Voeding van plant en daarmee ook van dier. Geen wonder dat de veertig dagen durende Vastentijd voor Pasen in het Duits dan “Lenz” heet en in het verwante Engels “Lent”.
Eigenlijk is er maar één plant die een Lentenaam draagt namelijk het vrij schaarse aan het sneeuwklokje nauw verwante Lenteklokje (Leucojum vernum). In begin 19e eeuw kwam het bolgewas, uit M. Europees gebied afkomstig, als stinzenplant op voedzame bodem van landgoederen terecht. Leucojum in verband met “de witte” (G.:”Leucos”) sierlijke hangende bloemklok die al “vroeg in de lente” (L.:“vernum”) kan luiden.
Meer “Lente”planten zijn er niet of het zou nog de in gebergten voorkomende echte Lenteanemoon (Pulsatilla vernalis) moeten zijn die meestal Voorjaarsanemoon genoemd wordt. Maar daarna belanden we al gauw in een chaos van verwarrende plantennamen. Mede door het voor tuinliefhebbers kweken en benoemen van nieuwe nog mooiere anemonen soorten.
Wel is er nog de bekende Bosanemoon. Die bloeit al vroeg in het voorjaar maar is daar toch niet naar genoemd.
De Anemonen hebben al in de Griekse oudheid deze naam gekregen vanwege hun bestuiving en verspreiding van hun zaden door de wind (“Anemos”).
Het aantal soorten planten die het Voorjaar in hun naam dragen is iets groter dan die met Lente in hun naam. Ze zijn in verschillende families te vinden:
- Voorjaars adonis – Adonis vernalis
- Voorjaars crocus – Crocus vernus
- Voorjaars ganzerik – Potentilla tabernaemontani (verna)
- Voorjaars gentiaan – Gentiana verna
- Voorjaars helmkruid – Scrophularia vernalis
- Voorjaars helmbloem – Corydalis solida
- Voorjaars kruiskruid – Senecio vernalis (=Oostelijk K.)
- Voorjaars lathyrus – Lathyrus vernus
- Voorjaars zegge – Carex caryophyllea
- Voorjaars zonnebloem – Doronicum
De Ranonkelachtige Voorjaarsadonis is in hoofdzaak bekend uit de bergland flora. Soms als in tuinen aangeplante overblijvende vroege bloeier. Lichtgroen fijn verdeeld blad en heldergele bloemen.
Overbekend is daarentegen de Voorjaarscrocus die in vele kleurschakeringen met soms lijnvormige tekening de komst van het voorjaar verduidelijkt. De lange gestreepte dunne gootvormige donkergroene bladeren komen eerst en blijven nog enige tijd over. Ze moeten zorgen voor de nieuwvorming van stengelknollen. De naam “Krokus” is zeker de Nederlandse schrijfwijze voor de wetenschappelijke naam “Crocus”, die afstamt van het Latijnse “croceus” (in het Grieks “krokos”) voor “saffraan” staande. Nog altijd wordt o.a. in India en Afghanistan uit de gedroogde saffraangele stempels van de in de herfst bloeiende Saffraankrokus (C. sativa) de kostbare geur- en kleurstof “saffraan” gewonnen.
De andere Voorjaarsplanten daarentegen zijn veel minder voorkomend en bekend. Meest uit het duingebied. Niet alle hebben in hun wetenschappelijke benaming een verwijzing naar het Voorjaar (vernus of vernalis).
De Voorjaarszonnebloem (Doronicum) met lichtgele composietbloemen is als tuinplant redelijk bekend.
De Voorjaarsganzerik is een schaarse geelbloemige overblijvende lage plant uit het duingebied en rivierdal. Afkomstig uit berggebied zoals de benaming ook aangeeft.
De Voorjaarsgentiaan is helemaal een kleinbloemige bergbewoner door plantenroof bedreigd.
De Voorjaarshelmbloem met knolachtig verdikte wortelstok en tere meest blauwe tweelippige bloemen in een aarvormige tros komt voor in duingebied.
Ook het Voorjaarshelmkruid is een duingebied bewoner in hoofdzaak. Gele meer ronde helmen in losse trosjes verspreid aan stelen in bladoksels aan een vierkante stengel.
De overige Voorjaarsbodes zijn te schaars om bekend te zijn en te worden.
Alle andere bodes van de Lente en het Voorjaar hebben daarvan geen vermelding in hun namen gekregen.
Jan van Twisk,
Waalre, 20-2-2020