Achter- en Paleispark Het Loo
14.1 KMEen rondwandeling van 14 km door het park van Paleis Het Loo. Het eerste deel van de wandeling gaat door het Achterpark, het meer ‘natuurlijke’ gedeelte met een behoorlijk geaccidenteerd terrein. Hier zie je uitgestrekte velden met heide, bosbessen en vossenbessen. Je wandelt langs de oude aarden forten Java, Frederik Hendrik en Wiesel. Je komt langs de fraaie sprengen die door Stadhouder Willem III in gebruik werden genomen om de vijvers en fonteinen bij het Paleis aan te leggen. Op het tweede deel van de route kom je in het Paleispark met vijvers, rododendrons, open plekken, boompartijen en houten paviljoens en een dierenbegraafplaats. Tot slot loop je langs het Paleis en de stallen weer terug naar de parkeerplaats.
Wie wil kan deze wandeling combineren met een bezoek aan het Paleis met museum en tuinen (indien geopend).
Geschiedenis
In 1684 kocht Prins Willem III samen met zijn vrouw Mary Het Oude Loo, een slot gelegen bij de woeste uitgestrekte Veluwe waar hij zijn grootste hobby de jacht ongestoord kon uitoefenen. Dit slot stamt vermoedelijk uit de 14de eeuw. Al snel bleek het onderkomen veel te klein. In 1685 startte hij dan ook met de bouw van Paleis Het Loo. Dit paleis is omgeven door een groot park, waar het in het westen gelegen Achterpark een onderdeel van is. Oorspronkelijk was het gebied geheel bedekt met heide. In de 19de eeuw zijn bosbouwers begonnen met het aanplanten van grove dennen en Douglas.
In 1959 werd het onderhoud van het bosgebied Koninklijke Houtvesterij overgedaan aan de staat.
Op 1 januari 1971 werd het gebruik door koningin Juliana van het Paleis Het Loo met de daarbij behorende omliggende gronden met een totale oppervlakte van ongeveer 656 ha beëindigd.
Het westelijke gedeelte (Achterpark)
Het westelijk gedeelte (Het Achterpark) is meer bos en wordt ook als zodanig beheerd. Dit gedeelte draagt een meer natuurlijk karakter. Het is een bijzonder fraai, geaccidenteerd open bosgebied, gekenmerkt door prachtige solitaire meer dan 150 jaar oude grove dennen en op de open plekken een uitbundige vegetatie van de vossenbes (vaccineum idaeus) zoals je die in Nederland nauwelijks elders aantreft. Gelegen op de oostelijke helling van het Veluwemassief wordt het gekenmerkt door een sterk hoogteverschil (van west naar oost meer dan 40 meter). Dat hoogteverschil wordt bovendien nog versterkt door enige smeltwaterdalen (relicten uit de IJstijd) waarvan het Wilhelminadal veruit het fraaiste voorbeeld is. De steile noordhelling van dit dal is bijzonder fraai en vanaf het hoogste punt bij de Grovestinsbank heb je hierover een prachtig uitzicht.
Binnen dit deel van het Park is een grofwildstand aanwezig van reeën. Vanwege dit grofwild is dit parkgedeelte met een 2 meter hoog raster omgeven, waarin ten behoeve van de wandelaar enige doorgangen (klaphekken) zijn vrijgelaten. Bovendien is ten behoeve van de bezoekers in de noordwestelijke hoek tegen het raster een wildobservatiepost gebouwd van waaruit men het grofwild van het Kroondomein kan observeren. Ook zijn er ongeveer twintig dassenburchten. De das doet het in deze veilige omgeving zonder verkeer erg goed. Ook zijn er ongeveer twaalf vossenburchten. Onder andere de vossen zijn er de oorzaak van dat de ganzen die hier broeden niet zoveel nakomelingen krijgen. Vaak nemen de dassen een vossenburcht over.
In dit parkgedeelte zijn drie veldversterkingen uit de tijd van Koning Willem III. Van zuid naar noord: Fort Java, Fort Frederik Hendrik en Fort Wiesel, die op last van Koning Willem III na de strenge winter van 1853/54 in het kader van particuliere werkverschaffing werden aangelegd.
Het oostelijke gedeelte (Paleispark)
Het oostelijke gedeelte van het Paleispark, het eigenlijke park rondom het Paleis, draagt een totaal ander karakter dan het westelijk deel. Dit parkgedeelte wordt vooral gekenmerkt door fraaie waterpartijen, bestaande uit een drietal grote vijvercomplexen, die door een net van gegraven sprengen, waarvan de bron bij de Oude, de Concordia- en de Paraplusprengenkoppen ligt, in het westen en noordwesten van dit parkgedeelte. De Oude sprengen dateren nog uit de 15e/16de eeuw om de toen op het terrein gelegen watermolens van water te voorzien. De nieuwe sprengen zijn pas aangelegd rond 1685 – 1690, bij de aanleg van de formele tuin om de fonteinen en waterwerken voldoende water te kunnen geven. Deze bronnen staan onderling via beken en kanalen met elkaar in verbinding. Typische kenmerken van de Engelse landschapsstijl zijn de bochtige paden, de vele groepjes van – liefst diverse – bomen en het gebruik van water. Hekken verdwenen zoveel mogelijk en werden vervangen door natuurlijke afscheidingen. De aanleg moest zo natuurlijk mogelijk zijn. Er werd wel gezegd dat ‘je van het ene schilderij in het andere moest lopen’.
Het begin- en eindpunt
Parkeerplaats Bosloo (gratis) aan het einde van het doodlopende gedeelte van de Pijnboomlaan. Binnenrijden vanaf de Amersfoortseweg, ter hoogte van het bebouwde kom bord Apeldoorn. Op de parkeerplaats is een (invaliden)toilet aanwezig. Een dagkaart voor het park kost €2,-; deze kun je online aanschaffen. Honden en fietsen zijn niet toegestaan.
Meer weten? Fout melden?
Meer routes in en rond Apeldoorn vind je op www.ivn-apeldoorn.nl
Kom je tijdens de tocht een wijziging tegen in de route of de informatie? Laat het ons weten via routes@ivn-apeldoorn.nl
(versienummer route: 2024-10)