Tuin en moestuin
Tips voor verpotten
Je zaadje is gegroeid en heeft al drie tot vijf blaadjes. Ook is het wel erg gezellig geworden in je voorzaaibakje en staan de plantjes met z’n allen lekker dicht bij elkaar. Tijd voor meer ruimte!
Oost west thuis best
Groeit je groente onder de grond of oogst je de nog jonge blaadjes? Dan hoef je ze niet te verpotten. Deze planten zaai je dan ook het liefste niet voor, maar meteen op hun échte plek in een grote pot of buiten in de tuin. Uitdunnen is soms wel nodig. Bedenk zelf eens hoe groot de groente wordt. Zoveel ruimte heeft hij ook nodig om te kunnen groeien! Dat is de afstand die je aanhoudt met uitdunnen.
Verpotten
Na het ontkiemen kunnen kleine plantjes te dicht op elkaar staan. Dan gaan ze elkaar verdringen of omver duwen Tijd dus om te verpotten. Kijk in de handleiding verpotten wanneer dat moet gebeuren.
Let op de wortels
Zorg dat je potje voor het verpotten goed nat is, dan beschadig je de worteltjes minder snel. Stop het plantje tot vlak onder de kiemblaadjes in de grond. De eerste dagen na het verpotten kan je plantje even slap gaan hangen omdat zijn worteltjes de energie nodig hebben om goed te kunnen aarden.
Teveel plantjes: technieken
Iedere plant heeft een andere ‘plantafstand’ nodig na het verpotten. Dat is de afstand die je de plantjes onderling geeft zodat ze ieder genoeg ruimte hebben om uit te kunnen groeien tot heerlijke groente of kruiden en prachtige bloemen. Dit bereik je door uitdunnen of verspenen.
Uitdunnen
Bij deze techniek kijk je welke plantjes er zwakker of juist sterker uitzien. Vervolgens knip je de zwakke plantjes vlak boven de grond af. Zo hebben de sterke plantjes meer ruimte.
Verspenen
Bij verspenen haal je de jonge plantjes uit elkaar. Dit doe je door het moestuinbakje vochtig te maken en open te scheuren. Vervolgens maak je de aarde rondom je plantje wat los en pak je het kiemplantje bij de blaadjes vast. Haal de wortels voorzichtig uit elkaar en geef genoeg water om de wortels te laten herstellen. Geef elk kiemplantje een eigen pot of een plekje in de tuin.
Naar buiten: uitplanten
Is het warm genoeg buiten en is je plantje redelijk sterk? Dan kun je ‘m direct in de tuingrond of grote pot buiten ‘uitplanten’. Bij sommige soorten kun je beter wachten met uitplanten tot na 15 mei. Dan is er meestal geen nachtvorst meer. Onze kweektips per soort vertellen je er alles over!
De perfecte pot
Ook als je geen tuin hebt kun je prima je eigen groente kweken in grote potten. Kies het liefst voor een pot met een doorsnede die minimaal drie centimeter groter is dan de vorige. Het is belangrijk dat er een gat aan de onderkant van je pot zit, zodat kan het overtollige water weg kan lopen. Wil je de pot nóg beter maken? Laat de een terracotta pot eerst een nacht in water weken, zodat hij geen water van je plantje kan onttrekken. Een laagje potscherven op de bodem werkt ook goed. Leer meer over tuinieren in potten in onze podcast.
Afharden
De overgang van binnen naar buiten kan groot zijn voor je plantjes. Laat ze wennen aan de temperatuur door ze overdag buiten te zetten en ze ‘s nachts weer binnen te halen. Na drie tot vijf dagen kunnen de planten definitief naar buiten. Kijk wel eerst in de IVN zaaikalender of je plantjes al naar buiten kunnen!
Handige moestuin-downloads
We helpen je graag om jouw moestuin tot een succes te maken. Download de gratis IVN Zaaikalender, het Moestuinplan, handige tips voor verpotten of de instructie voor het insectenhotel.
