Column week 18, Een gele broer tussen witte kwikstaarten

Een paar dagen nadat de avondklok was afgeschaft en ons kikkerlandje langzaam maar zeker weer open gaat, gingen we na het avondeten naar de Waverhoek om nog even te luchten. Het was duidelijk dat iedereen de draad weer enigszins oppakt, want voor het eerst sinds lange tijd waren we de enigen die nog even kwamen genieten van de rijkdom die dat kleine rondje te bieden heeft. Prachtig dat Nederland op grote schaal de natuur heeft ontdekt om even het huis te kunnen ontvluchten, maar stiekem vind ik het toch ook wel erg fijn dat het nu weer wat minder druk wordt in de natuur. Bij aankomst worden we begroet door een rietzanger die aan de slootkant luidkeels zit te krakelen. Iets verder in het riet horen we het sonore geluid van een snor. Moeilijk te traceren omdat hij continu met zijn kop draait terwijl hij zit te snorren. Een paar kluten valt in de lucht een kraai aan, die het ongetwijfeld op hun eieren gemunt heeft. Als we een stukje verder lopen worden we zelfs getrakteerd op een paar steltkluten: nog veel hoger op de poten (die bovendien fel rozerood zijn) dan een gewone kluut en bovendien met veel meer zwart op de rug. Maar het mooiste van de avond moet nog komen. Even verderop bij het glooiende weiland zien we in de verte een groepje witte kwikstaartjes al hippend en vliegend hun maaltje in het gras bij elkaar scharrelen. Niet zo heel bijzonder maar als ik de verrekijker erbij pak, zie ik tot mijn verbazing ineens twee knalgele exemplaren ertussen zitten: gele kwikstaarten! Ik heb ze weleens op Texel gezien, maar nog nooit hier.

Gele kwikstaart Naspeuring op Waarneming.nl leert inderdaad dat ze hier ieder jaar in april, als ze arriveren uit Afrika, op doortrek gesignaleerd worden. Op weg naar voedzamere gebieden dan de uitgestrekte graswoestijnen die we er in onze omgeving van gemaakt hebben. Ze broeden vooral op de akkerlanden in Friesland, Drenthe en Groningen. In augustus en september, als ze terugkeren naar hun winterverblijf, worden ze ook weer in onze omgeving gespot. Eén waarnemer meent dat hij de grote gele kwikstaart gezien heeft. Het zou kunnen, maar ‘ons’ exemplaar had echt een knalgele borst, terwijl de grote broer wat valer is. Bovendien broedt de grote kwikstaart vooral in het oosten van het land bij snelstromende riviertjes en heeft ie niet echt een reden om bij ons in de buurt te komen. Ik hou het dus maar op de kleine broer. Misschien als u van de week gaat kijken dat hij er nog zit!

Sep Van de Voort,
IVN-natuurgids

Digitale krantversie Column 2020-18, 4 mei 2021, pagina ?

Naar columns 2021

Vind je dit leuk? Steun ons en word lid!

Word lid