Bankje in een mistig veld met gras en paardenbloemen. Gezondheid

2025 04 Groene zintuigen, Ton Zijp

Op 4 maart 2019 rond half 9 ‘s ochtends zei m’n huisarts me dat ik in eerste instantie maar twee weken thuis moest blijven.
Nu is het zes jaar later.

Vooral in het begin ben ik vaak op stap gegaan. Ik pakte de fiets en reed naar iets groens. Diemerbos, het Vogeleiland in het Amsterdamse Bos, De Bretten in Amsterdam West, overal eigenlijk waar ik meer natuur vond dan in m’n achtertuin. Ik heb vrienden en kennissen menigmaal verteld dat ik maar m’n fietste hoefde neer te zetten, me voor bomen en struiken hoefde te positioneren om te zoeken naar (voornamelijk) insecten en binnen een minuut was alle spanning weg: mijn burn-out vervluchtigd.

Ik liet het niet bij insecten. Het was ook handig om eindelijk mijn kennis van planten bij te spijkeren: met de app Obsidentify leerde ik vanzelf alle namen kennen. Jammer dat m’n kwaal gepaard ging met vergeetachtigheid: de plaatjes van de flora beklijfden wel, maar de namen was ik soms een uur, of anders de volgende dag, alweer kwijt. Maar ik had de tijd: na 100 maal eenzelfde plant benaamd te zien worden door mijn telefoon bleef er toch wel wat hangen van wat ik tegenkwam.
En als de planten schaarser werden, waren er de paddenstoelen, in de herfst of anders vanaf de vroege lente weer, die me naar buiten dreven.

Alle parken en bossen van Amstelveen en Amsterdam plus nog een grote cirkel daaromheen hebben mijn turende blik voorbij zien komen. Overal waar m’n fiets me kon brengen en waar ik een nieuwe soort waar kon nemen.
En dat laatste knakte me op een gegeven moment.

In het nieuwe seizoen was er geen urgente reden meer om de natuur in te gaan: alsof ik alles al voorbij had zien komen. Als ik me toch richting groen had begeven staakte ik al snel m’n zoeken naar al dat leven dat me in het eerste jaar zo had geboeid.
Gelukkig had ik mijn boeken nog; er stond genoeg over natuur in geschreven om me te blijven verwonderen en anders kocht ik een nieuwe.

Afgelopen december, ‘t was koud, maar de zon scheen volop, pakte ik mezelf dik in, handschoenen incluis en zocht een van de stille bankjes in het Amsterdamse Bos op waar ik voorgaande seizoenen wel vaker was beland. Toen voor wat te eten en het lessen van de vergeten dorst, tussendoor de zoektocht naar al dat kleine leven. Dit keer voor het volgende nieuwe boek en zoveel mogelijk rust.

‘Groene zintuigen’ van Kathy Willis handelde over allerlei wetenschappelijk onderzoek naar wat natuur, groen, planten, vogelgezang, etcetera met een mens doet.
Zelden heeft een boek me zo goed gedaan. Bovendien gaf het me een belangrijke reden om omringd door groen op een bank te gaan zitten. Want juist dan dringt elke zin van wat ik lees tot me door, heb ik rust, en hoef ik pas naar huis als m’n zitvlak zo houtig voelt als de bank waar ik op zit.

Dus ik ben de man die op dat bankje met een boek in het park of bos zit of anders plots gaat staan turen welk beestje er op een blad beweegt.

Ton Zijp
Natuurgids IVN Amstelveen

Het is verboden deze column te dupliceren of te gebruiken zonder uitdrukkelijke toestemming van de schrijver/fotograaf/tekenaar.

Ontdek meer over

Deel deze pagina