2016 07 Vogels in het riet, Gert-Jan Roebersen

In de zomermaanden loop ik graag een rondje om de Ouderkerkerplas. Die ligt niet in Amstelveen, maar deze krant wordt in Ouderkerk ook bezorgd, en als Amstelvener kunt u desgewenst een (iets langer) rondje om de Poel lopen. Geregeld zie ik bij mijn wandelingen uit het hoog opgeschoten riet langs deze plassen karekieten en andere rietvogels opvliegen. Hierbij geldt het oude rijmpje “Karre-karre-kiet, karre-karre-kiet, ik hoor je wel maar ik zie je niet” want je hoort heel veel geluiden maar meestal zie je alleen in een flits een vogel voorbijvliegen. Deze vogels broeden nog laat in de zomer, tot in juli en soms augustus, en zo lang laten zij zich ook horen.

De grote karekiet is bijna zo groot als een zanglijster, en maakt een opvallend hard geluid dat tot op grote afstand te horen is. Deze vogel heeft in het verleden wel eens bij de Plas gebroed; voor zover mij bekend de laatste jaren niet meer.

De kleine karekiet is, anders dan zijn grote broer, even groot als de overige rietvogeltjes. Dat wil zeggen dat zij ongeveer zo groot zijn als een koolmees. Zijn zang is minder luid maar onmiskenbaar. Ze bouwen een diep komvormig nest, opgehangen aan rietstengels, zodat die kunnen meebuigen met de wind zonder dat de eieren eruit vallen.

Gemakkelijk herkenbaar is de rietgors, omdat het mannetje in de broedtijd een karakteristieke zwarte kop met witte halsband en baardstreep heeft. Op het eerste gezicht heeft hij wel iets weg van een huismus. Bovendien zit hij vaak boven op een rietstengel te zingen en is daardoor goed zichtbaar.

Veel minder is dat het geval met de rietzanger en zijn familieleden, die meestal verscholen zitten en soms even opvliegen om verderop weer weg te duiken. Zonder ruime ervaring met veldkenmerken en zang is deze soort moeilijk te onderscheiden van verwante soorten. Veel makkelijker te herkennen is het baardmannetje, waarvan het mannetje een opvallende zwarte “hangsnor” vertoont – van opzij net een baard. Officieel heet deze mezensoort tegenwoordig baardman; dat vind ik overdreven stoer klinken voor zo’n kleine vogel.

Met wat geluk kunt u op een zomerochtend of –avond ook de fraaie blauwborst te zien krijgen. Als het mannetje zingt, is de blauwe keelvlek met witte ster goed zichtbaar. De zang is melodieus, gevarieerd en klinkt wat gehaast.

Gert-Jan Roebersen
Natuurgids IVN Amstelveen

Het is verboden deze column te dupliceren of te gebruiken zonder uitdrukkelijke toestemming van de schrijver/fotograaf/tekena(a)res.