Meikevers
Meikevers kun je afhankelijk van het weer al eind april aantreffen maar ook nog in juni. Vroeger waren ze een plaag voor de landbouw maar sinds de opkomst van insecticiden loopt het aantal sterk terug.
Ze horen thuis in de familie bladsprietkevers net als zijn twee verwanten die eveneens zijn vernoemd naar de maand van voorkomen, de juni- en julikever.
Meikevers kunnen niet steken of bijten en je kunt ze rustig oppakken. In tegenstelling tot veel andere insecten, zal hij niet wegvluchten bij gevaar.
Hij vliegt met zijn poten gespreid, zodat hij zich meteen kan vastklampen wanneer hij ergens op landt? Een erg goede piloot is de meikever echter niet, want hij botst regelmatig ergens tegen aan. Gelukkig heeft hij een stevig pantser dat hem beschermt bij zijn val!
Het is een schemeractief insect dat navigeert op basis van het maanlicht? Dit komt steeds uit dezelfde richting, waardoor hij op een rechte lijn kan vliegen. Vliegt hij echter langs een kunstmatige lichtbron, dan raakt hij in de war en blijft hij rondjes cirkelen rond de lamp.
Meikevers waren in Europa bij tijd en wijle een plaagdier dat schade veroorzaakte aan gewassen. De vele meikevers die werden gevangen verwerkte men als eiwitrijke voedselbron in de soep. Tot het midden van de twintigste eeuw werd dit gerecht in Duitsland en Frankrijk zeer gewaardeerd. In Nederland zijn er recepten van meikeversoep bekend die stammen uit het eind van de 19e en het begin van de 20e eeuw.
Helaas zijn de larven wat minder aandoenlijk vandaar hun naam. De engerling heeft een karakteristiek uiterlijk; een duidelijk ‘C’- vormig, gekromd, rupsachtig lichaam met een zakvormig, verdikt achterlijf en blijft één of meerdere jaren in de grond alvorens zich te verpoppen. De duur van dit stadium kan beïnvloed worden door het klimaat.
Engerlingen kunnen grote schade aanrichten in gewassen.
