Is mijn eend wel slim deze keer?

Overal zijn de wilde eenden begonnen met broeden. Een maand lang is het spannend in mijn tuin: waar komen de eerste nesten? In maart zijn de eendenpaartjes daar druk mee. Ze waggelen twee aan twee, man en vrouw door de tuin. Man voorop meestal. Die doet altijd alsof hij de slimste is in net zoeken van de beste nestplek. Een plek aan de slootkant vindt hij wel mooi. De vrouw niet: daar is een schoeiing en helemaal geen beschutting. De woerden kijken ook wel onder struiken. Maar daar willen de dames zeker ook niet aan. Waarom weet ik niet, maar ze beginnen er niet aan.

Dit jaar is er ook veel belangstelling voor de knotwilgen. Geen wonder, ze zijn deze winter van al hun takken ontdaan. Eén woerd begint achter in de tuin en vliegt daar op de eerste knotwilg. Maar de vrouw die hem (nog) gezelschap houdt geeft geen sjoege. Een nest op een knotwilg  is natuurlijk niet zomaar slim… De laatste keer kwamen er eksters af en toe een eitje tikken. En de laatste pullen uit het nest werden door de eksters direct opgepeuzeld toen ze uit het ei waren…

Dus de eend kijkt licht meewarig naar de woerd die de hele rij knotwilgen afwerkt: zij is wel wijzer.

Tot de man eindelijk bij de grootste dikste wilg is van het hele rijtje. De boom heeft een knot van bijna een meter doorsnee. De afgezaagde takken steken aan de buitenkant van de knot nog iets omhoog. Zo is in het midden een kuil ontstaan. Dáár wil de eend wel even kijken. Dat doet ze en blijkbaar vind ze de plek wel beschut. Ze legt er in de volgende dagen tenminste acht eieren. De man verdwijnt. Ik moet goed kijken: zit ze er nog wel? En ja hoor, verstopt tussen de opstekende takken zie je, als je héél goed kijkt, haar kop of haar staart.  Maar alleen als je weet dat ze daar zit. Verder ziet niemand haar, zelfs de ekster niet. Tot nu toe. Opeens lijkt deze plek haast veilig….

Catherine