Dieren in Nederland

In Nederland leven zo’n 39.000 verschillende diersoorten. Ongeveer 500 daarvan zijn beschermde wilde inheemse dieren. Dieren die van oorsprong uit de Nederlandse natuur komen. Deze dieren zijn beschermd. Dat betekent dat je ze niet mag doden, houden, verstoren, etc.

De Vogelrichtlijn (1979) en de Habitatrichtlijn (1992) zijn door de Europese Unie opgesteld. Doel is om de biodiversiteit in Europa te bewaren. In beide richtlijnen wordt aangegeven welke dieren en natuurlijke leefomgevingen beschermd moeten worden. De Vogelrichtlijn richt zich hierbij op in het wild levende vogels en de Habitatsrichtlijn op alle diersoorten.

In de Wet Natuurbescherming (artikel 3) staat dat het verboden is wilde dieren te doden, te vangen of te verstoren.

Ook staat in deze wet dat het verboden is dieren uit hun omgeving te onttrekken (meenemen), te vervoeren en onder zich te hebben (dus bij zich te hebben en te houden).

De enige uitzondering hiervoor is als een dier gepakt wordt door een particulier of een dierenambulance om het dier naar een wildopvang te brengen.

Het meenemen van een dier om deze thuis groot te brengen of te houden is dus bij wet verboden.