De Pluktuin

Diep verscholen in Tilburg-Noord ligt een stuk grond wat kort geleden nog braakliggend terrein was. Onder toeziend oog van Martijn Ballemans en zijn team van vrijwilligers is daar een prachtige tuin ontstaan, midden in een met flats bezaaide, multiculturele wijk. Martijn vertelt hoe de tuin tot stand is gekomen.

“De energie zat hier”                                                                                                      

“Eigenlijk zitten we nu midden in de Plukroute.” Hij wijst naar de bomen om ons heen. “Allemaal appel- en perenbomen. Het idee voor dit hele project ontstond toen ik in Thailand het voedselbosprincipe  leerde kennen. Er was daar een man die gewoon leefde van alles wat zijn achtertuin te bieden had. Ik was ervan onder de indruk en dacht: dat moeten we in Nederland ook hebben. Aanvankelijk zocht ik een plekje langs het spoor, maar uiteindelijk bleek de energie hier in ‘Noord’ te zitten, in de wijk Stokhasselt. Hier was al een team met vrijwilligers bezig met o.a. moestuinieren. Toen ik hun mijn plan voorlegde waren ze enthousiast en nu zijn de meesten van hen meerdere keren per week op de Plukroute te vinden!”

“Ook de gemeente was blij met de Plukroute. Dit is voor hen een voorbeeldproject van hoe burgerinitiatief verbinding in de wijk kan brengen. Zo’n tuin doet namelijk enorm veel voor de sociale cohesie in de wijk. Het bankje waar je nu op zit, stond er vorig jaar nog niet. Nu zie je dat mensen ineens naar buiten komen, elkaar ontmoeten en genieten van de natuur die er zo lang niet was. De natuur ‘vraagt’ ook om activiteit. De bessen die daar hangen moeten over een paar weken worden geoogst. Daar kunnen we dan ,bijvoorbeeld samen met de kinderen van de basisschool hier in de buurt, jam van gaan maken. Met die kinderen heb ik ook het ‘Eetbaar Speelbos’ aangelegd. Dat was heel leuk en leerzaam voor ze.”

“Het ziet er eigenlijk beter uit dan ik verwacht had”                                                                        
“Ik heb een eigen bedrijf, Puur Permacultuur, waarvoor ik trainingen verzorg rondom tuinieren en groenonderhoud. Met de kennis die ik heb vanuit mijn werk kon ik de vrijwilligers ook een beetje opleiden. Maar, ik ben hier maar eens in de twee weken. Daarom heb ik een beheerplan gemaakt, waarin precies staat wat er wanneer moet gebeuren. Dat werkt prima en zorgt dat de vrijwilligers zelf aan de slag kunnen. Ook de visie van de tuin, het ideaalbeeld, staat daarin beschreven. En ik moet zeggen, eigenlijk ziet het er nog beter uit dan ik verwacht had.”

“Ik wil eigenlijk zorgen dat natuur functioneel wordt, dat mensen er de waarde op een praktische manier van ondervinden. Natuur heeft heel veel te bieden. Alleen wordt er nog te vaak gekozen voor makkelijk onderhoud, in plaats van het groen ten volle te benutten.” Martijn wijst naar een paar bomen die aan de rand van de tuin staan. “Waarom zijn dat geen walnoten, vlieren of goed dragende hazelaars? Maar er zijn meer functies dan alleen eten: natuur kan ook uitnodigen tot ontmoeting, of uitdagen tot sport. En natuurlijk zijn al die dingen ook goed voor de biodiversiteit. Dat zijn dingen waar gemeentes nog niet zo bekend mee zijn. En daarom is het belangrijk dat ze de burgers steunt in dit soort initiatieven. Geen burger- maar juist overheidsparticipatie!”

“Ik ben blij dat we er iets van gemaakt hebben”                                        

Even later komt er een groepje vrijwilligers aanlopen. Martijn stelt me voor aan Ben, die naar eigen zeggen iedere dag wel even in de tuin is. “Als je ziet wat er hier veranderd is sinds de tuin bestaat…dat is niet te beschrijven. De buurt komt weer naar buiten, er is weer plek voor ontmoeting! Ik hoef nu niet meer de hele dag in m’n flatje te zitten, maar ik kan lekker buiten zijn en wat doen voor de tuin. Er is altijd wel een klusje te doen.” Naast het terrein van de plukroute bevinden zich de moestuintjes. Ben: “Ondertussen worden er ook enkele tuintjes beheerd door mensen van allerlei nationaliteiten. We moesten even wennen aan elkaar, maar nu zitten we vaak ’s avonds thee te drinken onder het afdakje bij de Plukroute, hartstikke gezellig!”

De grond waar we het over hebben is nog wel bouwterrein. Martijn en de vrijwilligers hebben de grond voor tien jaar in bruikleen gekregen. Wat er daarna gaat gebeuren is nog onzeker. “Maar”, zo zegt Ben, “ik ben toch blij dat we er iets van gemaakt hebben. Ik had het niet willen missen.”