Anne Wieggers foto: Liesbeth Disbergen Tuin en moestuin

Natuurlijk tuinieren leeft

Tuinexpert Anne Wieggers wil van tuinen en balkons niet alleen mooie plekken maken, maar ook een vrijhaven voor dieren, insecten en wilde planten en bloemen. In haar nieuwste boek Mijn moestuin laat ze zien hoe je met behulp van de natuur het hele jaar door uit eigen tuin kunt oogsten.  

Hoewel Anne Wieggers als hoofdredacteur van Gardeners World en tuinexpert bij Binnenste Buiten enorm druk is, is ze elke dag wel in haar Nijmeegse tuin of moestuin te vinden. ‘Vanmiddag ga ik samen met mijn dochter een enorme hoeveelheid verse compost in een nieuw moestuinbed in onze voortuin strooien zodat we ook daar straks kunnen oogsten.’ Niet dat er gebrek is aan verse groenten uit eigen tuin in huize Wieggers. Uit haar moestuin heeft ze gisteren nog palmkool geoogst. ‘Een onmisbare, lekkere groente die je vrijwel het hele jaar door kunt oogsten. Het is het sjieke broertje van de boerenkool en hij ziet er ook nog eens mooi uit.’ In haar nieuwste boek Mijn moestuin komen deze en andere groentes, fruit en kruiden uitgebreid aan bod.  

Het boek ziet er prachtig uit, maar het mag modderig worden begrijp ik.
‘Heel graag zelfs! Als er na verloop van tijd ezelsoren aan zitten, de bladzijden modderig zijn geworden of er zitten verdwaalde zaadjes tussen, dan is dat voor mij het grootste compliment. Het betekent dat het boek echt gebruikt wordt.’ 

Welke vuistregels moet je hanteren om het hele jaar door te kunnen oogsten uit de tuin?
‘Begin bij je buik, schrijf op welke maaltijden je graag eet en welke groenten, fruit en kruiden je daarvoor nodig hebt. Schrijf vervolgens bij elke maand van het jaar op welke soorten je dan kunt oogsten, in het boek kun je daar per maand tips voor vinden. Zo voorkom je dat je in juli en augustus met een enorme berg courgettes zit en de rest van het jaar amper wat hebt om te oogsten. Een andere tip is om vier ‘ruggengraatgroentes’ te zaaien als pompoen, courgette, palmkool en snijbiet. Dat zijn groenten die je wekelijks op tafel kunt zetten omdat je er verschillende gerechten mee kunt maken; je ze het hele jaar door kunt oogsten of goed kunt bewaren. Snijbiet kun je ongelofelijk lang oogsten. Kolen en aardpeer zijn ook goede ruggengraatgroentes. Die laatste noem ik bij kinderen altijd scheteperen omdat je er winderig van wordt. Dat vinden ze geweldig.’ 

Het voorjaar begint bijna, wat voor klusjes kun je in dit jaargetijde in de moestuin doen?
‘Maart is een drukke tijd voor het voorzaaien van bijvoorbeeld tomaten, paksoi en aubergines. Ik gebruik daarvoor lege wc-rollen, die vul ik met turfvrije potgrond en dan doe ik daar de zaadjes in. Mijn vensterbanken staan dan vol met kiemende zaadjes. Buiten kun je al radijsjes en palmkool zaaien. Ook kun je constructies gaan bouwen waar bijvoorbeeld bonen tegenaan kunnen groeien. Heb je geen moestuin? Timmer dan bakken waarin je op een laag compost planten kunt kweken. Wat ik ook nog weleens doe, is langsrijden bij kwekers om te vragen of ze nog plastic potten over hebben die ik kan hergebruiken. Kwekers en tuincentra gebruiken heel veel plastic, zo kun je dat recyclen.’ 

Bezitters van een moestuin zitten doorgaans niet te wachten op beestjes in de tuin, maar jij denkt daar anders over.
‘Op volkstuincomplexen zie je vaak goed het verschil tussen mensen die beestjes met allerlei bestrijdingsmiddelen te lijf gaan en mensen die met de natuur tuinieren. Bij de een staan de tuinbonen in haast militair rechte lijnen geplant in strak geschoffelde grond en bij de ander zie je inheemse bloemen tussen de groenten. Vaak is er ook nog een vijvertje gegraven voor de kikker en zijn er plekjes voor de egel. Zo trek je natuurlijke vijanden van plaagdieren aan. Egels eten bijvoorbeeld enorm veel slakken. Ik merk dat als je met de natuur meebeweegt, het heel veel stress scheelt en dat je oogst groter is. Plant geen lange rijen van hetzelfde, maar van alles een beetje en wissel af. Zo verklein je de kans op ziektes en voorkom je dat slakken en luizen een plaag worden. Een bloeiende plant als de Oost-Indische kers is bijvoorbeeld een goeie bliksemafleider waar luizen gek op zijn zonder dat de plant er veel last van heeft. Volgend jaar komt ‘ie gewoon weer terug.’  

Draag je je duurzame missie ook uit in Gardeners World?
‘Toen ik gevraagd werd om hoofdredacteur van het tijdschrift te worden, vond ik dat een enorm compliment. Maar ik zei wel “ik wil het op mijn manier kunnen doen”. De uitgeverij gaf mij gelukkig hun fiat om een duurzame koers te voeren door bijvoorbeeld kleine, biologische kwekers onder de aandacht te brengen. Ik vind het wel belangrijk dat het blad laagdrempelig en vrolijk is, we gaan niet met het vingertje wijzen. Zo bereik je een groter publiek. Dat merken we, de oplage groeit en ons redactieteam ook. Er is veel vraag naar hoe je op een natuur- en klimaatvriendelijke manier kunt tuinieren en dat is fijn om te merken.’ 

Je bent kunsthistoricus en hebt lang in de culturele sector gewerkt, hoe ben je tuinexpert geworden?
‘Mijn moeder zegt weleens dat het vroeger lastig was om mij te fotograferen omdat ik altijd met mijn hoofd tussen de planten zat. Omdat ik haar maar kruidenplanten bleef geven, kreeg ik op een gegeven moment mijn eigen stukje tuin om zelf kruiden en groenten te kweken. Later stond mijn studentenkamer vol met tomaten en ander eetbaar groen. Tijdens mijn studie kunstgeschiedenis gebruikte ik de universiteitsbibliotheek het liefst om de geschiedenis van tuinen van historische landgoederen uit te pluizen. De liefde voor tuinieren en de natuur was er dus al vroeg, maar op de een of andere manier had ik in mijn hoofd dat ik van datgene waarvan ik hield niet mijn werk kon maken. Ik had een soort rare arbeidsmoraal dat je toch een beetje moest lijden voor je salaris.   

Toen ik later met mijn man ging samenwonen in een Nijmeegse huurwoning naast het Kronenburgerpark ben ik helemaal losgegaan in het kleine stadstuintje waar behalve een boksbal niets in stond. Dat deed ik in oude veilingkistjes en toen we later verhuisden, moesten we wel 800 keer over het Keizer Karelplein om die mobiele tuin te verhuizen. Inmiddels werkte ik in de culturele sector, maar in het weekend hielp ik mensen met hun tuin. Mijn buurvrouw zag mij namelijk tuinieren en vroeg “kun je dat niet ook bij mij doen?” Zij gaf yogalessen en al snel had ik haar hele yogaklas als klant. Ik ben toen een cursus tuinontwerp gaan doen en heb stage gelopen bij kleine kwekers om mijn plantenkennis te vergroten. Op een gegeven moment ben ik columns voor tuinmagazines gaan schrijven en zo kwam de bal aan het rollen. Al snel had ik het razend druk. Tuinieren met de natuur leeft, merk ik.”  

Je hebt weleens gezegd dat tuinieren een vorm van activisme is.
‘Het is het meest concrete wat je kunt doen voor het klimaat en de biodiversiteit. Ik ben ook voor GroenLinks Statenlid geweest in de Provinciale Staten van Gelderland en dan was het eindeloos leuren om moties erdoorheen te krijgen. Ik merkte toen dat ik veel meer energie kreeg van acties als het vergroenen van boomspiegels en het aanleggen van geveltuintjes in versteende straten. Ik denk dat ik met mijn columns, boeken en tv-optredens waarin ik pleit voor biodivers tuinieren meer voor elkaar heb gekregen dan in de politiek.’ 

CV Anne Wieggers

Anne Wieggers (1988) is tuinexpert van het tv-programma Binnenste Buiten, hoofdredacteur van het tijdschrift Gardeners World en columnist van NRC. Voor GroenLinks was ze van 2015 tot 2019 Statenlid in de Provincie Gelderland. Ook is ze ambassadeur van Operatie Steenbreek, een organisatie die tegeltuinen wil vergroenen. Wieggers studeerde kunstgeschiedenis en werkte voor enkele musea en het radioprogramma Kunststof. Ze schreef de boeken Duurzaam tuinieren en Duurzaam tuinieren voor kinderen. Onlangs verscheen haar derde boek Mijn moestuin.  

Favoriete natuurgebied? ‘Park De Hoge Veluwe. Op de een of andere manier was ik daar vaak op een moment dat ik grote beslissingen nam in mijn leven.’
Met wie ga je daar het liefst naartoe?  ‘Met mijn man, dochter en moeder.’
Favoriete seizoen? ‘De lente én de herfst, in beide seizoenen zit energie.’
Favoriete dier? ‘De egel in mijn tuin. Het zijn er inmiddels heel veel.’
Favoriete plant/boom? ‘De krentenboom in onze voortuin. De besjes zijn heerlijk, vaak eten we die als toetje.’
Wat wil je nog zien of doen? ‘Het is mijn droom om met mijn familie een huisje met een lap grond te hebben waar we dan een wilde bloemenwei van kunnen maken.’
Wat moet elk kind voor z’n 10de gedaan hebben?  ‘Zelf iets kweken, plukken en opeten, het maakt niet uit wat.’
Wat voor dier of plant zou jij zijn en waarom?  ‘In ieder geval een soort die geen vlees eet en vroeg wakker is. Ik ben al 22 jaar vegetariër en een echt ochtendmens.’ 

Tekst: Marianne Wilschut
Foto’s: Liesbeth Disbergen

mens_en_natuur_magazinesMens en Natuur Magazine

Dit artikel verscheen eerder in de voorjaarseditie van Mens & Natuur magazine. Wil je ook het Mens & Natuur Magazine ontvangen? Voor € 25 per jaar ben je al lid van IVN en ontvang je naast 4x per jaar ons magazine ook korting in onze webwinkel (geldt niet voor boeken) en kun je gratis of met korting deelnemen aan onze activiteiten, cursussen en workshops.

Ja, ik word lid

Ontdek meer over

Deel deze pagina