Vogels

De Nachtegaal

Luscinia megarhynchos                                            16½ cm

Terwijl ik dit stukje zit te typen straalt het zonnetje buiten, maar is het wel erg koud. Het is 9 januari 2024 en voor de verandering hebben we geen regen en harde wind, maar zon en vorst. Stukken beter, al heeft de nachtegaal het beter bekeken, want die is al in juli-september vorig jaar vertrokken naar noord Afrika.  Als de broedtijd erop zit heeft hij zijn taak hier in Nederland volbracht en vertrekt lekker naar warmere oorden om pas half april weer terug te komen.

Nestbouw met muzikale omlijsting
Als eerste komen de mannetjes en gaan dan gelijk een territorium bezetten. Bij ons vaak in de duinen. Nu is het wachten op het vrouwtje. Via zijn zang, zowel overdag als ’s nachts, geeft hij de grenzen van zijn gebied aan en probeert zo het vrouwtje te verleiden tot de paring. Is dit gelukt dan wordt door het vrouwtje rond half mei een nest laag bij de grond gebouwd. Vaak tussen de brandnetels of bramen (veilig!)  en pas bij 17° – 30° C, want ze houden heel erg van warmte. Het nest is een kluwen van twijgjes, mos, doge bladeren en een paar veertjes. Manlief houdt toezicht op de bouw en zorgt voor de muzikale omlijsting.

Het vrouwtje legt na de paring en de bouw van het nest 4-5 eieren en broedt ze in ongeveer 13 dagen uit, terwijl het mannetje haar van voedsel voorziet en nog alleen overdag zingt.  De jongen blijven nog rond de 12 dagen lekker in het nest en worden na het uitvliegen nog ± 2 weken verzorgd door zowel pa als ma. Daarna is het echt tijd om uit te vliegen en beginnen ze zich voor te bereiden op de trek naar noord Afrika.

Geluidsoverlast
Wij krijgen deze zangvogel met zijn grote zwarte ogen, bruin verenkleed, lichtere onderkant en keel en kastanjebruine staart niet vaak te zien, maar vanaf half april krijgen we hem wel te horen. Zowel overdag als ’s nachts.

Man en vouw zijn vrijwel gelijk voor ons mensen, maar alleen het mannetje zingt. Zo onopvallend als hun verschijning is, zo opvallend is de zang. Deze is langdurig, afwisselend en vooral luid. Soms met een geluidspiek van wel 95 decibel. Dit is voor ons mensen de grens van geluidsoverlast. De naam “nachtegaal”  betekent dan ook in het oudgermaans “gillen of zingen”.

Symbool van liefde en lente
Al in de Oudheid waren ze het onderwerp van verering en er zijn veel liedjes, gedichten en verhalen over ze gemaakt. En nog steeds heeft de nachtegaal een apart plekje in het vogelrijk en wordt door ons gezien als symbool van de liefde en brenger van de lente. In mei neemt de zangactiviteit erg af, want dan hebben ze alle energie  nodig om de jongen te voeren. Het voedsel wordt gezocht op de grond en bestaat uit spinnen, insecten, kleine dieren en ook wel bessen.

Bedreigingen
Sinds de jaren ´80 zijn er helaas minder broedgevallen en staan ze op de Rode Lijst genoteerd als kwetsbaar. Vroeger werden ze jammer genoeg zelfs gevangen, omdat ze zo mooi zongen. Maar ze kunnen niet tegen gevangen zitten en stierven dan ook gegarandeerd. Zo jammer! En door verdroging van bossen ontstaat er te ruige vegetatie waar de nachtegaal absoluut niet van houdt. Ook het verbossen van de duinen en het open maken van de duinvlaktes  (verdwijnen van duinstruweel) zorgt ervoor dat ze maken dat ze wegkomen. En dat is toch erg triest, want wie geniet er nou niet van zijn prachtige zang. Want zoals ik laatst las in het boek  “Natuur van maand tot maand” van M. Lohmann: Het leren kennen van het gezang van afzonderlijke vogels behoort tot de mooiste bezigheden in de vrije natuur. En zo is het maar net! Jammer voor mij ben ik helemaal niet muzikaal en heb dan ook de nodige moeite om vogels aan hun zang te herkennen, maar genieten doe ik er des te meer van. En dat is eigenlijk wel zo waardevol!

door Gerda Hos

Geraadpleegde literatuur: “Verwildering” van Isbella Tree

februari 2024

Ontdek meer over

Deel deze pagina