Quercus x kewensis

Deze groenblijvende eik stond tot 2021 in Oirschot bekend als Lucombe eik, een kruising tussen moseik en kurkeik. Maar onderzoek in de Nationale Collectie Quercus in Arboretum Trompenburg in Rotterdam heeft ons tot de echte naam gebracht: Quercus x kewensis. Hij heeft geen Nederlandse naam gekregen, maar ‘Kew eik’ zou zo maar kunnen.
De boom is nu 17 meter hoog en zijn kruin is 25 meter in doorsnee.
De bast is eerst grijs en glad, maar later bijna zwart en gegroefd.
De bladeren zijn ovaal tot ovaal-langwerpig en 5 tot 8 cm lang. De bladrand is ondiep gelobd met 5 tot 6 afgerond driehoekige lobben. Het blad is dof donkergroen aan de bovenkant en glanzend lichter groen aan de onderzijde.
Er kunnen circa 2,5 cm grote eikels gevormd worden die in twee jaar rijpen. Gewoonlijk vallen de eikels echter van de boom voordat ze rijp zijn en dat geldt zeker voor het Oirschotse exemplaar: nog nooit vonden we een volgroeide vrucht.
Deze soorthybride tussen Q. wizlizenii en Q. cerris (moseik) werd in 1914 in de Royal Botanic Garden Kew bij toeval gevonden. De hybridesoortnaam ‘kewensis’ verwijst hiernaar.
Het is een typische parkboom: hij verlangt een beschutte standplaats en verdraagt geen koude, drogende wind. Hij staat hier prima, dus.
Deze bijzondere boom is opgenomen in het Landelijk Register Monumentale Bomen.

Quercus x kewensisQuercus x kewensis/blad