Bloemen en planten

Nederland Heggenland

De waarde van de heg wordt steeds meer erkend. Niet alleen om biodiversiteit te stimuleren, maar ook om een grotendeels verdwenen cultuurlandschap te reconstrueren.

Behoud en herstel van biodiversiteit in Nederland zijn vaak complexe kwesties. Maar niet alles is een project van de grote schaal en de lange adem. Soms kun je natuurherstel al stimuleren met iets simpels als het planten van een heg. ‘Een heg is het meest efficiënte landschapselement als je de natuur een handje wilt helpen. En wij Nederlanders houden natuurlijk van efficiënt.’ Dat zegt Jantine Schinkelshoek, landschapsarchitect en oprichter van Hoopheggen, een organisatie die op tal van plekken in Nederland heggen aanplant. Wat maakt een heg zo geschikt? ‘Heggen vormen een lint en verbinden daardoor per definitie het groen aan elkaar. Een heg biedt voedsel in de vorm van bladeren, bessen en bloesems, en daarnaast beschutting, nestgelegenheid en schaduw aan allerlei soorten.

Heggen zijn niet alleen goed voor biodiversiteit, maar ook om de waterberging te verbeteren, fijnstof tegen te houden, wind te keren, CO2 op te vangen, en om een groene omgeving te creëren waar mensen zich prettig in voelen.’ Wat verstaan we nu exact onder ‘heg’? ‘We nemen het ruim’, zegt Schinkelshoek. ‘Het kunnen houtwallen zijn, of singels, of heggen met overstaanders, dat zijn vrijstaande bomen. Je hebt knip- of scheerheggen, die jaarlijks worden gesnoeid, en struweelhagen die eens per vijf jaar worden gesnoeid. Die kunnen tot enorme joekels uitgroeien. Er zijn voederheggen, waar het vee van kan eten en dat daarmee een gevarieerder dieet heeft. Heel veel bomen en struiken kunnen tot heg gevormd worden, het hangt er maar net van af hoe je ze beheert.’ Hoewel het Schinkelshoek vooral gaat om de biodiversiteit, wil ze met Hoopheggen ook het oude cultuurlandschap herstellen. Want Nederland was ooit een uitgesproken heggenland.

Knus landschap

Volgens schattingen van de Vereniging Nederlands Cultuurlandschap kende ons land honderd jaar geleden meer dan 200.000 strekkende kilometer heg. ‘Met name in Oost- en Zuid-Nederland werden heggen geplant of in stand gehouden als veekering, of om percelen van elkaar te scheiden’, vertelt Schinkelshoek. ‘In West-Nederland werden daar vooral slootjes voor gegraven, maar mensen hadden natuurlijk ook hout nodig en daar werden bijvoorbeeld elzenhagen voor geplant.’ Van die heggen is nu nog slechts zo’n 30 procent over.

‘Heggen verdwenen door schaalvergroting in de landbouw en ruilverkaveling. Door de afname van gebruik van hout in het huishouden werden er ook steeds minder aangeplant. In de jaren 80 was er ook nog een plantenziekte, bacterievuur, en om die uit te bannen werden heel veel heggen gerooid.’ In steden speelt iets anders dan op het platteland; er zijn best veel tuinen met heggen, maar omdat steden steeds meer ‘verstenen’ neemt ook daar het aandeel groen af. Schinkelshoek benadrukt dat het landschap in de 19e eeuw geen ‘ongerepte natuur’ was. Het was cultuurlandschap ‘Maar het was geweldig goed  voor de biodiversiteit. Rond 1850 was die op zijn hoogst.

Een haag verbindt ook mensen

Eén lange heg tussen Simpelveld en Valkenburg. Dat is de gedachte achter de Langste Haag van Limburg, een ludiek idee dat voortkomt uit het project Natuurkracht, dat de waterberging in het Geul- en Gulpdal in Zuid-Limburg wil verbeteren. In Natuurkracht werkt IVN samen met onder meer Limburgs Landschap, ARK Rewilding Nederland, Natuurmonumenten en WWF. ‘De gedachte is dat je de natuur als bondgenoot kunt inzetten’, zegt Alies Westerveen, projectleider bij IVN. ‘En niet alleen tegen wateroverlast, maar ook om biodiversiteit te bevorderen. Bijvoorbeeld in de vorm van een heg.

Vorig jaar zijn we begonnen en samen met vrijwilligers is inmiddels meer dan een kilometer aangeplant.’ De haag bestaat voornamelijk uit soorten als meidoorn, haagbeuk, egelantier en hondsroos. ‘Eén lange, ononderbroken haag kan het natuurlijk niet worden, het gaat vooral om het idee en dat we mensen stimuleren te planten. Mensen vinden het vooral leuk dat ze zélf iets kunnen bijdragen, door te planten of grond ter beschikking te stellen. We hebben vrijwilligers van alle leeftijden, we serveren koffie met vlaai, en je ziet allerlei contacten ontstaan. Je kunt wel stellen dat de haag niet alleen het groen, maar ook de mensen verbindt.

 

Tuiny Haag

Zelf aan de slag met een heg planten in je eigen tuin? IVN heeft naast een Tuiny Forest, Tuiny Poel en Tuiny Bloeipakket ook een Tuiny Haag beschikbaar. Dat is een kant-en-klaar pakket met elf inheemse haagplanten zoals de Gelderse roos, meidoorn, haagbeuk en gele kornoelje, en een organische bodemverbeteraar. Je kunt er een haag mee aanleggen tot 2,5 meter lang en 1 meter breed. Hoe dichter je de soorten op elkaar plant, hoe sneller de haag groeit – binnen twee jaar staat er een imposante haag. Een handleiding en toegang tot de e-learning Tuiny Haag van de IVN Natuuracademie krijg je erbij. ivn.nl/tuiny-haag

Sindsdien zijn veel plant- en diersoorten stukje bij beetje achteruitgegaan.’ Maar we zijn nog meer kwijtgeraakt. ‘Heggen maken het landschap knus. Als je nu op de snelweg rijdt, ziet alles er hetzelfde uit, of je nu in Groningen of Brabant bent. Weilanden en de blokkendozen van datacenters. Ik zou het zo fijn vinden als we weer een streekeigen landschap krijgen, waarin je kunt oriënteren op de landschapselementen. Dat je aan het landschap kunt zien waar je bent.’

Heggies en plantbazen

Schinkelshoek is realistisch genoeg om te weten dat je dat oude, knusse cultuurlandschap niet meer helemaal terugkrijgt, maar ze wil met Hoopheggen wel helpen het biodiversiteitsverlies om te buigen. ‘We werken vooral met boeren, bedrijven op bijvoorbeeld industrieterreinen, en mensen die een groot stuk grond hebben in het buitengebied. Mensen melden zich bij ons aan, we bespreken de wensen, en ik maak een tekening. Vervolgens komen we langs met een groep vrijwilligers en een vrachtwagen vol planten en gaan we aan het werk. De kosten bedragen 5 euro per strekkende meter,waarbij partijen die het kunnen betalen daar meestal wat bovenop doen.’

De teams van vrijwilligers, ook wel ‘heggies’ genoemd, worden aangestuurd door ‘plantbazen’, die een opleiding hebben gekregen van Hoopheggen waarbij onder meer ecologische kennis belangrijk is. ‘Het belangrijkst is dat degene die de heggen afneemt er een leuke dag van maakt voor de vrijwilligers, met koffie en een goede lunch. De vrijwilligers zijn gewoon mensen die een ochtend over hebben omdat ze een keer niet naar het voetbal hoeven te rijden. Ze geven hun kostbaarste bezit, namelijk hun tijd, dus die sociale factor vinden we belangrijk.’ Hoopheggen werkt uitsluitend met lokale flora. Meidoorn, wegdoorn, veldesdoorn en rozen zijn veel gebruikte planten. ‘We gebruiken altijd verschillende soorten, waarbij we het essentieel vinden dat ze passen bij de lokale bodem en ecosystemen. In West-Nederland is de wilg passend,in de duinen denken we aan rozen en liguster. Op de brikgronden in Limburg werken we met haagbeuk en gele kornoelje, in de IJsselvallei in het oosten van het land vooral met rode kornoelje en lijsterbessen.’

Heggenmus

De associatie tussen heggen en dierenleven in, onder of op de heg, is zo sterk dat je die soms zelfs in dierennamen terugziet: denk aan heggenmus, heggenrankbij of sleedoornpage. Hoopheggen werkt samen met ecologen om na het planten de effecten op de biodiversiteit te monitoren. Landschapsecoloog Tim Asbreuk is een van hen: ‘Vogels die in heggen voedsel en nestgelegenheid vinden, zijn onder meer de geelgors,steenuil, kneu, pestvogel, patrijs en ringmus, en uiteraard de bekende tuinsoorten zoals heggenmus, winterkoning,roodborst en merel.’ Kleine zoogdieren zoals hermelijn, egel en verschillende muizensoorten vinden schuilplaatsen in heggen en houtwallen en gebruiken ze als verbindingswegen. Ook insecten profiteren. Asbreuk: ‘Tijdens inventarisaties vorig jaar bleek dat de heggen naast algemene soorten ook sneller dan verwacht specialistische insectensoorten aantrekken, zoals de rozenmosgalwesp en de gladde rozenerwtengalwesp. Deze specialisten zitten alleen op specifieke inheemse soorten, dus de waarde voor de biodiversiteit is al na een paar jaar meetbaar. Het is een klein wonder dat deze insecten de heg in zo’n korte tijd weten te vinden.’

Dominosteentje

Hoopheggen is pas een paar jaar bezig, maar maakt een stormachtige groei door. ‘We werken nu met 2.500 vrijwilligers op ongeveer 75 plantlocaties en hebben al 50 kilometer aan heg aangelegd’, zegt Jantine Schinkelshoek. Er wordt samengewerkt met onder meer IVN, Stichting Heg & Landschap en de Vereniging Nederlands Cultuurlandschap, die een ‘Deltaplan’ voor het Nederlandse agrarische landschap heeft opgesteld. ‘Binnenkort lanceren we ook een website Streektuinen, waarmee we ons richten op mensen met een kleine tuin of zelfs alleen maar een balkon. Al die plekken zijn in te zetten voor een wijdvertakte, groenblauwe dooradering van het landschap.’ Schinkelshoek wil primair mensen inspireren om heggen te planten, maar hoopt dat ze ook een ‘dominosteentje kan laten vallen’ naar een andere omgang met de natuur. ‘Misschien dat mensen beginnen met een heg, dan aandacht krijgen voor het dierenleven daaromheen, en vervolgens in de supermarkt ook een keer het vlees te laten liggen. Zulke effecten zouden toch het allermooist zijn.’

De heg behaagt – ecologisch, economisch en cultureel

In zijn boek Heg. Een behaaglijk landschap voor mens en natuur benadrukt landschapsonderzoeker Kenneth Rijsdijk naast de ecologische ook de economische voordelen van heggen. Heggen leveren namelijk talloze ecosysteemdiensten, waaronder het tegengaan van wind- en watererosie, het beschermen van gewassen tegen bodemparasieten en insectenvraat en mogelijk zelfs het tegengaan van de verspreiding van dierziekten zoals Q-koorts. Daarnaast trekken de Maasheggen bij Boxmeer (door UNESCO aangewezen als biosfeergebied), de Ooijpolder bij Nijmegen en de Tuunwallen op Texel veel toeristen. Hang je een prijskaartje aan al die economische voordelen, dan kom je volgens Rijsdijk op jaarlijks minstens 250 miljoen euro per 100.000 strekkende kilometer heg. En dan zijn er nog culturele voordelen. Een heggenlandschap straalt ‘traditie en ambachtelijkheid uit’, stelt Rijsdijk, en hij noemt onder meer het heggenvlechten dat per streek verschilt en elke heg een eigen uiterlijk geeft. Al met al is een heggenlandschap volgens Rijsdijk een geborgen, beschermend, authentiek en lieflijk landschap.

Tekst: Paul Q de Vries
Illustraties: Gita Pardoel

Mens & Natuur magazine

mens_en_natuur_magazinesDit artikel verscheen eerder in de zomer editie van Mens & Natuur magazine 2024. Wil je ook het Mens & Natuur Magazine ontvangen? Voor € 25 per jaar ben je al lid van IVN en ontvang je naast 4x per jaar ons magazine ook korting in onze webwinkel (geldt niet voor boeken) en kun je gratis of met korting deelnemen aan onze activiteiten, cursussen en workshops.

Ja, ik word lid

Ontdek meer over

Deel deze pagina