Bang: ik of de slang?

kop van ringslang (c) Bart van Hoogstraten6 november 2017
Sinds ik in Diemen woon, zie ik steeds vaker ringslangen, er leven er daar honderden. Afgelopen zaterdag heb ik zelfs een vrouwtje van wel 85 centimeter in mijn handen gehad! ‘Hou eens even vast,’ zei de slangendeskundige die tegenover me stond; hij kreeg het knoopje niet uit het tasje waar hij haar in wilde doen. Verbouwereerd pakte ik haar aan. Terwijl ik eigenlijk doodsbang ben voor slangen. Eerst kronkelde ze flink rond in een poging te ontsnappen, ik kon haar gespierdheid goed voelen. Later hield ze zich stil. Het knoopje wilde maar niet uit het slangentasje, dus ik stond daar – voor mijn gevoel eindeloos –  met die dame in mijn hand. Ik trilde, maar ik voelde me enorm stoer.

Ringslang kronkelend op weg (c) Jan Anne)Een ringslang is totaal niet gevaarlijk, dat wist ik allang. Maar toch. De altijd geopende grote ronde ogen, het gladde kronkelende lijf… ook een ringslang heeft het uiterlijk dat mij in Artis laat omlopen bij het reptielenhuis en me ’s nachts soms gillend doet ontwaken. Zelfs tijdens natuurfilms zit ik vaak minutenlang met een kussen voor mijn hoofd. Slangen en ik: het is nooit een goede combinatie geweest. Al op mijn vijfde viel een dik kort exemplaar op de rand van het rubberbootje waar ik met mijn vader mee over de Tarn voer. ‘Als hij in de boot valt, spring je in het water,’ zei mijn vader dwingend. Aangezien ik nog niet kon zwemmen, was glashelder dat dit doodeng was.

Ringslang die zich dood houdt (c) Marisa StoffersMaar eigenlijk is die slang vele malen banger voor mij dan ik voor hem. Allerlei dieren die hem lusten: buizerd, rat, vos, reigers, ooievaars en egels om maar wat te noemen. Logischerwijs zien ze de mens ook als een gevaarlijk roofdier. Een ringslang kent een bijzondere truc  om ons duidelijk te maken dat hij niet te eten is: hij doet alsof hij dood is, met de buik naar boven en zijn bek wijd open. De gespleten tong dramatisch naar buiten. Daarbij verspreidt hij een geur die naar rotting ruikt. Zo lijkt het alsof hij al veel te lang dood is om nog lekker te kunnen smaken. De dame in mijn handen deed dat ook, daarom was ze na een tijdje kronkelen zo stil. Stonden we daar, bang van elkaar.

Plastiktas vol met lege ringslang eieren (c) Marisa StoffersVan die fobie moet ik dus af. Daarom help ik al een paar jaar tijdens de landelijke natuurwerkdag met het tellen van lege eierschalen in broeihopen. Dat zijn bergen van takken, mest en stro waar ringslangen hun eieren in leggen. Door de warme temperatuur in zo’n hoop worden ze uitgebroed. In het Diemerbos kruipen daardoor elk jaar meer dan tweeduizend ringslangen uit het ei! Tijdens het afgraven van de hopen, komen we ze soms tegen, groot en klein. De deskundige die ons helpt, zet ze uit op een plek waar ze kunnen overwinteren.
Dit natuurbeschermingswerk is nodig omdat er in ons koele klimaat nauwelijks plekken zijn waar eieren door zonnewarmte uitkomen. Ringslangen leefden vroeger vooral in cultuurlandschap, broeiplekken als mest- en composthopen dienden als kraamkamer. Maar binnen de moderne veeteelt zijn die steeds minder beschikbaar. Vandaar de speciaal aangelegde broeihopen, in gebieden met genoeg eten en overwinteringsmogelijkheden zijn ze een groot succes!

Marisa Stoffers

Zelf ringslangen zien?
Als ze eind maart, begin april uit hun winterslaap tevoorschijn komen zijn ze regelmatig zonnend te zien op warme plekken, bijvoorbeeld op dijken en taluds rondom het IJmeer. Zie voor plaatsen waar je een goede kans hebt de kaart op waarneming.nl (je kunt inzoomen).
Ook kun je helpen met de aanleg van broeihopen (voorjaar) en uitgraven van eieren (najaar), onder andere in het Diemerbos, Diemerpark en landelijk Noord.

Foto’s
Header: Zonnende ringslang, Diemen, Sander Bos
Alinea 1: Closeup van ringslang in het water, een biotoop waar ze veelvuldig op kikkers jagen, Renkum, Bart van Hoogstraten
Alinea 2: Ringslang die een weg oversteekt, Vaassen, Jan Hof
Alinea 3: Ringslang doet alsof hij dood is, Diemerbos, Marisa Stoffers
Alinea 4: Plastictas met 810 lege eieren uit één broeihoop in het Diemerbos, Marisa Stoffers

Naar Overzicht blogs van Marisa Stoffers