Zoogdieren
VERSLAG lezing over wolven
AUTEUR │ LODEWIJK CRIJNS
De zaal in Ons Huis te Almen is op woensdag 27 augustus goed gevuld wanneer Diederik van Lieren zijn lezing begint over de oprukkende wolven. Diederik is van oorsprong bioloog en heeft zich als zzp’er gespecialiseerd in het gedrag van dieren. Waar problemen zijn met dieren -ganzen, roeken, roofvogels- geeft hij adviezen. Daarbij is de gedachte niet het doden van de dieren, maar er mee te leren samenleven: de aarde is niet alleen van de mens, maar ook van de dieren.
Er is momenteel veel te doen over de wolf. Zo maakt wolf Bram de Utrechtse Heuvelrug onveilig: restauranthouders zien hun omzet met de helft afnemen. Vraag is: kunnen we wolven afleren schapen te doden? Wolven kunnen inderdaad gevaarlijk zijn wanneer ze gestrest zijn: bijvoorbeeld door honger. De wolf kan dan doden. Het is een echt probleem: de voorspelbaarheid is weg, het is bedreigend. Deze lezing zal gaan over de wolf in Duitsland en Nederland, over het wolvengedrag, variaties in zijn gedrag en over het beleid: zijn er duurzame oplossingen?
Het begin ligt zo rond het jaar 2000, wanneer in Oost Duitsland de eerste wolven worden gesignaleerd. Een wolf heeft een territorium nodig, dat veiligheid en voedsel voor zijn jongen geeft. Zo’n territorium kan wel 200 km2 zijn, afhankelijk van de reeëndichtheid. Wolven leven in roedels: broers en zussen, jongen. In mei legt een wolf vijf jongen per worp. Na tien maanden -februari-verlaten deze jongen, inmiddels volgroeid, de groep en gaan op zoek naar een eigen territorium. De roedel is de leerschool voor jongeren: jong geleerd is oud gedaan. Ze leren en gaan daarna hun eigen weg, waarbij hun opvoeding levenslang aanwezig blijft.
In 2024 zijn er al 200 wolvenparen aanwezig in Noord Duitsland. In Nederland worden in 2009 de eerste twee paren op de Veluwe gesignaleerd. Niet elke wolf heeft hetzelfde gedrag: een van deze twee doodt tientallen schapen, de ander geen één. Nu, anno 2025 zijn er in Nederland elf territoria: zeven op de Veluwe, een in Drenthe en een op de Utrechtse Heuvelrug. In zes jaar tijd is het aantal toegenomen van twee naar elf. We krijgen een aantal filmpjes te zien: een wolf die in 2015 rustig over straat loopt door een dorp. Een wolf die wordt weggejaagd (!) door een schaap met jongen, een paard dat zich van vier wolven niets aantrekt en ook niet bang is.
Een wolf valt niet automatisch een prooidier aan. Dat hangt van zijn opvoeding af, net als bij mensen: de motorische ontwikkeling. Ze leren achter alles aan te rennen wat beweegt. Ook op iets kauwen geeft ze voldoening, zoals een mens op een pen kan kauwen. Dus de ervaring van de ouders stuurt de jongen via de opvoeding. Wat je jong lekker vindt, is later ook lekker.
De voedselbeschikbaarheid: welk voedsel is er? Bepaalt de voedselkeuze. Zo werden in de oorlog bloembollen gegeten. Niet elke wolf eet hetzelfde. Er zijn in Canada zeewolven, die vis eten. In Nederland doodt twintig procent van de wolven géén schapen.
Wat voor aanvallen doet de wolf? Honger is een eerste reden van de aanval: de staart hangt laag en de wolf is agressief en bijt. Een andere reden is dat de wolf wil spelen, dan staat zijn staart omhoog. De wolf vindt het leuk de schapen op te jagen en bang te zien, een machtspelletje.
We komen nu bij het beleid en oplossingen. De eerste reactie, afschieten, wordt verworpen. We moeten er mee leren samenleven. Hoe kunnen we de wolven leren de schapen met rust te laten?
1. De schapen een stresssensor geven: wanneer het schaap in de stress schiet door een wolf, gaat een sensor werken.
2. Een halsband voor het schaap, die een elektrische schok geeft die de wolf wel en het schaap niet voelt. Kosten zo’n 15 euro.
3. Een hekwerk met elektriciteit rond de schapen.
Het beleid van de overheid is momenteel: doet de wolf in de bebouwde kom geen kwaad, dan is er geen probleem. Komt de wolf binnen een straal van vijftig meter dan is het een kwestie van veel lawaai maken om de wolf weg te jagen. Schril alarm is een klein spraybusje, tien centimeter, dat bij indrukken een enorm lawaai geeft. Kost tien euro, handig om bij je te dragen.
Diederik probeert ook vanuit de wolf naar de mens te kijken: mensen zijn geen bedreiging, alleen wanneer de wolf jongen heeft. Wolven willen wel “spelen” met mensen. Een prooi wordt afgezonderd om te grijpen. Toch blijft ook potentieel de mens een prooi. Net als een puber, is een wolf lerend: als ik dit doe, lukt het wel, maar zo lukt het niet. De huidige situatie met wolf Bram op de Utrechtse Heuvelrug omschrijft Diederik als slap beleid van de overheid: de wolf moet gewoon weggejaagd worden.
Niet helemaal gerust nu, hebben we dit wel zeer interessante verhaal over de wolf door Diederik van Lieren aangehoord. Hoe het verder zal gaan? Diederik wordt bedankt voor zijn boeiende verhaal met lovende woorden en een welgemeend applaus.