

‘Wees vaker onder de indruk van de natuur’
Weet jij welke keutel van welk dier is? En welke vis je nu uit de emmer hebt gehaald? Op de ‘dag van het nationaal park’ in het Drentsche Aa-gebied ging het volop over de natuur bij onszelf om de hoek.
Turen naar een tafel vol met dierenpoep. Dat klinkt misschien niet aantrekkelijk, maar is wél heel leerzaam. Ieder dier heeft zo zijn eigen soort uitwerpselen en wie ze leert herkennen, weet precies welke dieren zijn of haar pad hebben gekruist.
„Dierensporen zoeken is op dit moment erg hip”, zegt Hanna Schipper van Het Drentse Landschap. „Mensen willen steeds meer weten over wat ze in hun omgeving tegenkomen en uitwerpselen zijn heel gemakkelijk te vinden. Veel dieren, zoals de vos en de ree zijn door toedoen van de mens steeds meer nachtdier geworden. Door te letten opwat ze achterlaten, kunje alswandelaar toch zien of die dieren zich in jouw buurt bevinden.”
Schipper staat deze middag achter een kraampje op de parkeerplaats van Nationaal Park Drentsche Aa, tussen Tynaarlo en Zuidlaren. Niet alleen het Drentse Landschap is aanwezig, ook andere natuurorganisaties, het Waterschap en ondernemers uit het gebied laten zien wat het nationale park voor hen en ons kan betekenen.
Gisteren was de echte Europese ‘dag van het nationaal park’. „Op 24 mei 1909 werd in Zweden het eerste nationale park van Europa werd ingesteld”, zegt André Brasse van het Nationaal Park Drentsche Aa. „Maar in Nederland vieren we dat liever in het weekend.”
De dag heeft als doel iedereen te laten zien hoe bijzonder onze nationale parken zijn en welke partijen allemaal samenwerken om ze in stand te houden. „We vergeten nog weleens hoe bijzonder het Drentsche Aa-gebied is, omdat we het gewend zijn dat het er ligt. Vandaag proberen we uit te leggen dat het juist niet normaal is wat hier aan natuur behouden is gebleven.”
Brasse neemt natuurgebied De Strubben-Kniphorstbosch, gelegen tussen Anloo en Schipborg, als voorbeeld. „Dat is Nederlands enige archeologische reservaat, met duizenden jaren geschiedenis in de grond: hunebedden, grafheuvels, middeleeuwse karrensporen en tankgrachten uit de Tweede Wereldoorlog.”
Terwijl ouders deze informatie opzuigen of op excursie gaan, leren kinderen spelenderwijs vissen determineren, vogels herkennen en bekijkenze opgezette bevers, vossen en dassen. Allemaal dieren die hier gewoon in de vrije natuur te vinden zijn. En niet alleen de natuur, ook de mens heeft met woningen en landbouw een plekje in het Drentsche Aa-gebied. Daarom kun je deze dag ook heerlijk brood proeven van bakkerij Harms Heerlijck, gemaakt van graan uit dit natuurgebied. Of lokale vruchtensappen van Landwinkel Goense.
„Ik leid veel mensen rond van buiten Drenthe”, zegt Brasse. „Die zijn altijd enorm onder de indruk van onze veelzijdige natuur. Dat zouden wijzelf ook veel vaker mogen zijn.”
Bron: Dagblad van het Noorden
Foto: Jan Willem van Vliet