Een lieveheersbeestje op een hand met een rood-groene insectenpot ernaast. Insecten en bodemdieren

Kriebelbeestjes in ´t Poppink

Woensdag 25 juni staan vier IVN-gidsen op hun post gereed om groep 4 van de Lea Dasbergschool te ontvangen.

Bij elke post komen groepjes van 4 of 5 kinderen met een ouder langs om iets te leren
over kriebelbeestjes d.w.z. insecten, bodem- of waterdiertjes.

Sommige kinderen vinden het een beetje eng, die kriebelende beestjes. Kunnen ze misschien steken?
En het voelt wat griezelig zo op je kleren of op je huid. Anderen staan stoer met een diertje in hun
handen.

Het is leuk om te merken dat deze jonge kinderen al weten dat insecten meestal zes poten hebben en
de spin met zijn acht poten een uitzondering is. Ook de worm en de duizendpoot worden genoemd.
Toch is het weten iets anders dan het daadwerkelijk zien en echt in de natuur tegenkomen, het te
beleven.

Met name op de vele aanwezige lieveheersbeestjes wordt enthousiast gereageerd. Die stop je ook
gemakkelijk in een loeppotje om dan uitgebreid te bekijken. En ja, die poepen in die potjes of op
handen, wat veel plezier veroorzaakt.

Eén jongetje schrikt nadat een gids (de schrijver van dit artikel) vertelt dat het prachtige insect in zijn
loeppotje een schorpioenvlieg is. Gelukkig blijkt die volstrekt onschuldig.

Er vliegen ook veel vlinders, libellen en juffers rond. Die worden niet gevangen maar met
bewondering naar gekeken. Boomblauwtjes en Azuurwateruffers hebben de voorkeur door hun
mooie blauwe kleur.

Het is een geslaagde ochtend geworden vindt iedereen: voor herhaling vatbaar.

Ontdek meer over

Deel deze pagina