Vogels
Over de bijna koning van de vogels: het winterkoninkje
Nu onze stadse postzegeltuin weer wat kaler is geworden, zie ik het winterkoninkje weer. Nooit lang, want dat kleine bruine vogeltje met opgestoken staartje is niet van lang stilzitten. In het voorjaar als hij zijn territorium moet bevechten, is het een ander verhaal. Dan heeft-ie ineens alle tijd om zijn lied te laten horen. Dat hij andere vogelzang overstemt, doet hem niets. Nee, eerder haalt hij nog even flink uit met zijn melodieuze zang van heldere klanken en trillers. Maar nu is het najaar en houdt hij zich gedeisd, schiet door de kale klimhortensia, treuzelt even onder de vogelvoederplek, pikt nog snel iets mee en weg is hij weer.
Voortplanting
Het nestkastje dat ik jaren geleden speciaal voor hem heb opgehangen, blijft leeg. Het is niet naar de zin; liever bouwt hij zelf een aantal mooie bolvormige nestjes. Het vrouwtje mag kiezen in welk nestje ze gaat broeden. Als het vrouwtje op de eieren zit, moet je niet denken dat het mannetje lekker gaat uitrusten van al die bouwactiviteiten. Integendeel: hij gaat weer op de versiertoer en probeert een ander vrouwtje voor een van de overgebleven nestjes te strikken. Een enkele keer denkt hij out of the box en bouwt een nestje in een bloembak of een oude jas die toevallig buiten hangt. Meestal is er wel een avontuurlijk vrouwtje dat zo’n plekje ook leuk vindt.
Folklore van het winterkoninkje
Het winterkoninkje wordt ook genoemd in oude volksverhalen en heeft vele namen zoals: duimeling, duimpje, tuinkruipertje, tuinsluipertje en kleinjantje. In Fryslân kennen we hem als tomke of mûske.
Het volksverhaal over de koning van de vogels, is naar verluidt al duizenden jaren oud en wereldwijd bekend in verschillende varianten. Het verhaal is als volgt: de vogels wilden, net als de mensen, een koning. Na wat discussie werd de wijze uil geraadpleegd die na een poosje nadenken verklaarde dat degene die het hoogst kon vliegen, koning werd. Alle vogels kozen het luchtruim maar er was één vogel – de machtige adelaar – die zo hoog vloog dat hij een stipje aan de hemel was. Alle vogels riepen hem uit tot koning maar wat de adelaar niet wist was dat het winterkoninkje als verstekeling meevloog. Op het hoogste punt schoot het vogeltje tevoorschijn en vloog snel nog een stukje hoger. Alle vogels waren boos over die achterbakse streek, en de wijze uil gaf als eindoordeel dat het winterkoninkje niet op eigen kracht had gevlogen. De machtige arend was de rechtmatige koning der vogels. Het winterkoninkje schaamde zich diep, kroop snel tussen de struiken en leeft tot op de dag van vandaag opvallend laag bij de grond alsof hij zich nog steeds een beetje schaamt.
Het winterkoninkje en de winter
De naam winterkoninkje betekent niet dat deze soort van de winter houdt. Net als ijsvogels hebben ze het moeilijk in strenge winters en zoeken ze elkaar op. De Britse natuurfilmcameraman Mark Payne-Gill deed op een steenkoude middag, hartje winter 1990, een bijzondere waarneming. Hij ontdekte dat een verlaten zwaluwnest werd gebruikt als roestplek voor winterkoninkjes. Hij zag dat de vogeltjes voor het vallen van de avond al binnendruppelden, het nest binnenglipten en veilig en warm op een kluitje binnen zaten. Tip: let op verlaten zwaluwnesten als Koning Winter regeert!
Voor mij is een grashalm niet minder dan de loondienst van de sterren, En even volmaakt is de mier, een zandkorrel, het ei van een winterkoning.
Walt Withman, (Amerikaanse dichter en journalist), uit Leaves of Grass, 1891
Corry van der Meer
Headerfoto: Pixabay