Gewone Heksenboleet

De boleten vormen een opvallende familie binnen het rijk van de paddenstoelen. Waar veel andere paddenstoelen plaatjes aan de onderzijde van de hoed hebben, beschikken boleten over een sponsachtig laagje van kleine buisjes. Wereldwijd zijn er meer dan honderd soorten, en ze hebben allemaal één ding gemeen: hun hoed is altijd in een tint bruin te vinden. Daarnaast zijn ze stevig gebouwd. De hoed is relatief zwaar, waardoor ook de steel dik en krachtig moet zijn om de paddenstoel rechtop te houden.

De meeste boleten verschijnen in oktober. Alleen de fluweelboleet laat zich al in september zien. Zodra de eerste nachtvorst is geweest, verdwijnen ze echter allemaal. Omdat de vorst dit jaar later kwam, waren boleten tot in november te vinden. In de kasteeltuin ontdekten we begin november nog een prachtig exemplaar van de gewone heksenboleet.

Deze soort kan behoorlijk groot worden: de hoed meet soms wel twintig centimeter in doorsnee. De kleur varieert van donkerbruin tot geelbruin, en de steel is opvallend roodachtig van tint. De gewone heksenboleet leeft in symbiose met eiken en beuken. Het gevonden exemplaar stond in het laantje tussen de Kinderboerderij en de Zintuigentuin. Op de foto is goed te zien dat slakken of muizen al van de steel hebben geknabbeld.

De naam ‘gewone’ doet vermoeden dat er meer heksenboleten bestaan – en dat klopt. Er zijn er ongeveer tien, en ze delen allemaal een duidelijk herkenbaar kenmerk: de rode steel.

Harrie Broeksteeg

De foto is gemaakt door Harrie Broeksteeg.