Landschap

Trekken door de polder

We hebben zin in een hele dag buiten zijn, mijn goede vriendin en ik. Na dagen van regen straalt de zon weer aan een heldere hemel. Schapen krioelen ongestoord op plukjes grasland tussen het water en eenden slapen vreedzaam op de oevers. Alsof het er altijd al was, dat landschap van kleine eilandjes.

Na de eerste bochten van de zeventien kilometer die we voor de boeg hebben, doemen twee grote plassen op. Ze bedekken de hele breedte van het wandelpad. Behendig proberen we om de eerste plas heen te lopen. Tevergeefs, de modder kleeft aan onze schoenen. We lopen daarom maar gewoon recht door de tweede plas. Het is duidelijk: deze dag in Zuid-Kennemerland is doordrenkt met water. Vanaf een slingerend dijkweggetje duiken we een klein bos in, waar het asfalt overgaat in een graspad en pony’s loslopen. Afdrukken van verschillende schoenzolen en hoeven in de natte aarde bewijzen dat het toch écht de juiste weg is om te volgen.

Een droom aan het water

Een lange houten brug parallel aan de oudste spoorlijn van Nederland voert ons naar het dorp Haarlemmerliede. Het is er rustig op de weg. We wijzen naar charmante huizen en dromen weg bij het idee om hier te wonen, zo dicht bij het water. De IVN Routes-app houdt ons op het rechte pad en leert ons meer over de streek. Zo lezen we dat het dorpskerkje een zogenaamde waterstaatskerk uit 1837 is. De Sint-Jacobus de Meerderekerk werd destijds gefinancierd door de overheid en onder toezicht van ingenieurs van Rijkswaterstraat gebouwd. We bestuderen de kerk met haar mooie tuin en wijken zonder dat we het doorhebben even van de route af.

Vijf klaphekjes

Een verscholen klaphekje stuurt ons de weilanden in. “Is dit echt de bedoeling”, vraagt mijn vriendin zich af. Met enige aarzeling lopen we door. Eén klaphekje. Twee klaphekjes. Het voelt haast alsof het pad speciaal voor ons is aangelegd. We krijgen de smaak te pakken, ontwijken een verdwaalde koeienvlaai en gaan met grote passen door het hoge gras. Onze schoenen worden steeds viezer, de uitzichten alsmaar weidser. Bij het vijfde en laatste klaphekje liggen twee zwanen te rusten in het zachte gras. We staan stil en kijken achterom. Ik vind het bijna jammer om deze groene oase achter me te laten.

Vogelkijkhut

Plots verschijnt het eerste vogelkijkhuisje langs de route. Het is een duidelijke aanwijzing dat we in het leefgebied van bijzondere vogels zijn aanbeland. We klappen het raampje open en staren over de Spaarnwoudeplas en natte graslanden. De poster met vogelsoorten in de hut is onze gids. We hopen een lepelaar, grutto of tureluur te zien. Of een smientenpaartje, voordat ze richting het noorden vertrekken om te broeden. Maar op dit middaguur is het erg rustig: op een aantal meerkoeten na is het meertje verdacht leeg.

De oudste strandwal

Spaarnwoude en slaan een doodlopende weg in. Een man die zijn heg aan het snoeien is, groet ons vriendelijk. Aan het einde van de weg staat een middeleeuws kerkje: de Stompe Toren, gebouwd op een restant van de oudste strandwal in Zuid-Kennemerland. De strandwal ontstond zo’n vijfduizend jaar voor Christus, toen dit gebied nog een waddenlandschap was. Nu is het amper voor te stellen dat het landschap er ooit zó anders uitzag. Een donkere wolk tekent een scherpe lijn in de lucht, maar in de lange Kerklaan lopen we de zonnestralen alweer tegemoet. De zon verwarmt mijn handen en geeft energie om verder te lopen, op naar het pittoreske Spaarndam.

Dijken en sluizen

Na lange tijd op stille paden delen we op de Spaarndammerdijk de ruimte met andere weggebruikers. Via een brug over de Grote Sluis lopen we het oude dorpje in. Het voetpad loopt onderlangs, maar wij blijven eigenwijs op de smalle dijk lopen om de huizen met loopbruggetjes beter te kunnen bekijken. Even verderop, in Spaarndam zelf, lopen we langs de middeleeuwse Kolksluis. Het is de oudste nog werkende sluis in Europa. De zon wordt weerkaatst in het water dat ons verder de weg wijst, de Hekslootpolder in.

 

Veenweide

Om onze voeten min of meer droog te houden, lopen we aan de rand van het pad. We lezen dat dit het laatste oorspronkelijke deel van de uitgestrekte veenweidegebieden is die vroeger rond Haarlem lagen. Vogels maken dankbaar gebruik van dit gebied. Midden in de sloot dobbert een paartje wilde eenden. Een échte wilde mannetjeseend is te herkennen aan zijn gekrulde staartveren. En dit mannetje heeft overduidelijk een mooie krul. Bij het vogelkijkplatform waakt een blauwe reiger, maar mijn aandacht gaat naar de overkant. Ik tik mijn vriendin enthousiast op haar schouder en fluister: “Er ligt een grote groep smienten in het weiland te rusten.”

Foto door Peter van de Beek

 

Tijd en aandacht

De zompige paden, charmante dorpjes en vogelkijkpunten vroegen vandaag om onze tijd en aandacht. Voor het laatste stuk van de route houden we echter een stevig tempo aan. We willen immers voor het donker bij onze slaapplek aankomen. Pas nu ik besef dat het einde van deze eerste dag van de IVN Trektocht Zuid-Kennemerland nadert, voel ik aan mijn knieholtes dat we de polder trotseren. En morgen weer: dan lopen we twintig kilometer door Nationaal Park Zuid-Kennemerland met duinen en strand. Dat idee bevalt me wel. Op een route die steeds verder gaat, zie je zo veel meer.

IVN Trektochten

Om bijzondere natuurervaringen op te doen, hoef je het land niet uit. Die beleef je gewoon in Nederland met de IVN Trektochten, bijzondere meerdaagse routes. Lokale vrijwilligers hebben hun favoriete paden met elkaar verbonden zodat jij over de smalste paadjes en door verstilde natuur de omgeving kunt ontdekken. Pauzeren en overnachten kan bij de Gastheren van het Landschap. Zij volgden een cursus bij IVN en weten je daardoor alles over de omliggende natuur te vertellen. Meer weten?

Bekijk alle IVN Trektochten

Zuid-Kennemerland in ’t kort

Waar: polders en dorpjes rondom Nationaal Park Zuid-Kennemerland.
Wat: van station Haarlem-Spaarnwoude naar ingang Midden-Heerenduin.
Flora: gewoon struisgras (Agrostis capillaris), goudhaver (Trisetum flavescens), de zeldzame moerasplant zonnedauw (Drosera), egelantier (Rosa rubiginosa), eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna) en opvallende bloemplanten zoals gewone ereprijs (Veronica chamaedrys), geel walstro (Galium verum) en hazenpootje (Trifolium arvense).
Fauna: lepelaars, slechtvalken, grutto’s, haviken, boomvalken en ’s winters smienten.

 

Tekst en foto’s door Monika Grooteman.

Dit artikel verscheen eerder in het magazine Buitenleven, editie 3 2023. 

Ontdek meer over

Deel deze pagina