
1. Op 13 & 14 februari kun je je waarnemingen doorgeven via Tuintelling.nl of via Waarneming.nl.
2. Geef aan wanneer je de mol(shoop) hebt gezien en bevestig de datum.
3. Klik op het plusje naast de mol om aan te geven hoeveel molshopen je hebt gezien. Eventueel kun je nog opmerkingen plaatsen bij het invoeren.
4. Klik op ‘Voer mijn telling in’. Je telling is opgeslagen en telt mee voor de mollentelling.
Het belangrijkste is om de locatie in te vullen. Je mag uiteraard ook het aantal molshopen tellen en doorgeven ("aantal individuen"). De meest voorkomende sporen zijn natuurlijk molshopen. Deze vallen vaak goed op in weilanden, parken en tuinen, maar ze kunnen ook verscholen zijn in het bos. De kans dat je een levende mol, uitwerpselen of pootafdrukken ziet is erg klein.
De mollen(sporen)telling is opgezet naar aanleiding van het idee van Vroege Vogels om samen op een positieve manier de mol onder de aandacht te brengen. In 2019 was de eerste landelijke mollen(sporen)telling. Benieuwd naar de resultaten.
De kans dat je een mol zelf ziet, of haar voetafdrukken of uitwerpselen, is erg klein. Maar tijdens het Mollen(sporen)weekend vragen de Zoogdierenvereniging, Vroege Vogels, Natuurpunt en de Jaarrond Tuintellingiedereen om goed te speuren en de waarneming door te geven. Hoe herken je dan de mol en haar sporen?
De mol is een langwerpig rond diertje met een grijszwarte fluwelen vacht. De haartjes van de mol staan rechtop, zodat hij makkelijk voor- én achteruit kan bewegen onder de grond. Deze vacht is vuil- en waterafstotend, zo zal de mol niet nat en vies worden. Daarnaast heeft een mol grote voorpoten, met vier vingers en een duim, met lange puntige nagels. Dit is ideaal voor het graven van het hol onder de grond.
Het enige wat eigenlijk echt opvalt uit dit zwarte fluwele bolletje, zijn de graaf-poten, de neus en de staart. De mol heeft een klein roze staartje en een slurfachtig roze neusje. De ogen zie je daarentegen bijna niet, deze zijn ontzettend klein en ook nog een slecht ontwikkeld. De mol ziet dus erg weinig, maar is zeker niet blind, hij ziet vooral bewegingen en kleurtinten. Wel kunnen ze goed ruiken, en vooral heel goed voelen. Een mol kan op grote afstand voelen of er iemand door zijn gangen kruipt.
Het meest opvallende spoor dat de mol achterlaat zijn de molshopen. De meeste van ons hebben zo'n molshoop wel eens gezien en vaak zijn we er niet bepaald blij mee als deze ineens in onze tuin verschijnt. Mollenkeutels zal je niet snel vinden, aangezien de keutels vaak in de gangen van het hol liggen. Uitwerpselen van de mol zijn 3-20 mm lang en ongeveer 2-5 mm in doorsnee. Ze zijn donkerbruin tot zwart met restanten van insecten. Ook de voetsporen zijn lastig te vinden. Maar, wie weet, als je goed zoekt, zie jij misschien dit weekend wel een mol of haar sporen!
Je kan de waarneming invoeren via het speciale mollenmeldpunt. Waarnemingen in de tuin kan je ook invoeren via Jaarrond Tuintelling.
Wil jij graag meer leren over de mol? Lees dan het boek Dieren om ons heen - mol of Dierenallerlei - Mol.
Fotografie: Mark Zekhuis, Rudmer Zwever
Bron: Zoogdiervereniging.nl