2022 05 De koekoek en de koekoeksbij, Aleid Offerhaus

Met mijn 10 jaar was ik lang, dun en slungelig en ik had ondanks de pogingen van mijn moeder om mijn houding te verbeteren, een overdreven aandacht voor de punten van mijn schoenen. Daar moest ik aan denken toen ik naar de grond tuurde terwijl ik door de duinen liep.  Je kan veel over verlegenheid zeggen, maar als je wil weten wat er op de grond voor je gebeurt, is het bepaald een handige eigenschap.

Met  de zang van de koekoek en het basso continuo van de zee op de achtergrond, zag ik in mijn  ooghoek een insect, een bij,  met een knalrood achterlijf, laag over de grond vliegen. Ze vloog onrustig heen en weer, duidelijk op zoek naar iets. Mijn parate kennis van bijen is beperkt en thuis ging ik op zoek naar de identiteit van dit bijtje.

Maak kennis met de grote bloedbij. De grote bloedbij is een solitair bijtje dat net als de koekoek haar eitjes in het nest van een ander legt, een koekoeksbij dus. En net als bij de koekoek is dat geen goed nieuws voor het kroost van die andere bij, de grote zijdebij. De eitjes van de grote bloedbij komen net iets eerder uit en haar  larven eten vervolgens – niet erg netjes –  de eitjes van de gastvrouw op. Dat lijkt heel vreselijk, maar de grote zijdebij is een algemeen voorkomende bij, die die broedparasiet, de veel zeldzamere bloedbij, er wel bij kan hebben. Gaat het slecht met de grote bloedbij, dan gaat het waarschijnlijk ook slecht met de grote zijdebij. Voor onze koekoek geldt het zelfde. Dat maakt het een kwetsbare strategie, maar voordelen heeft het zeker ook.

Behalve hommels en honingbijen zijn de meest wilde bijen, solitaire bijen en een koekoeksbij heeft al helemaal niemand nodig (op de paring na dan).  Een kolonie bloedbijen zal je niet snel tegenkomen.

De bij die ik zag vliegen was duidelijk op zoek naar nesten van grote zijdebijen. Af en toe dook ze de grond in daar waar de zandbodem een beetje afliep, precies waar volgens de beschrijving in het gidsje de grote zijdebij zou kunnen nestelen.

In de duinen stonden de voedselplanten voor de beide bijen gezusterlijk naast elkaar, klein kruiskruid voor de bloedbij en wilg voor de zijdebij. De zijdebij hebben we niet gezien.

Duinen zijn een goede plek om deze bijen te zien, maar overal waar zand ligt – bouwplaatsen, fabrieksterreinen – zou je ze tegen kunnen komen, ook in Amstelveen. En als je geen koekoeksbij te zien krijgt, luister dan maar naar de koekoek, want die is er weer!

Aleid Offerhaus
Natuurgids IVN Amstelveen

Het is verboden deze column te dupliceren of te gebruiken zonder uitdrukkelijke toestemming van de schrijver/fotograaf/tekena(a)res.