

Verslag Vleermuisexcursie, 12 mei 2019
Vleermuizen wat weten we ervan? Zijn ze eng ? Hoe leven ze ?
Zondagavond 12 mei was de vleermuisexcursie bij het IVN-gebouw in Haaksbergen.
■ verslag: Hermien Lankheet
Bij vleermuizen denken mensen aan vampiers Batman, Dracula en dat ze in je haren vliegen.
Het is eigenlijk gewoon een onschuldig dier dat insecten vangt. In tropische landen eten sommigen fruit.
We hoorden van Ben Hilderink dat de vleermuis een kwart van de zoogdierenpopulatie van de wereld uitmaakte! Ze zijn warmbloedig en slim.
Wat je niet zou denken: De vleermuis lijkt qua bouw het meeste op de MENS!
Bij een vleermuis denk je aan een muis met vleugels.
Maar dat hij ook een hoofd , romp en armen en benen heeft zou je niet denken. Toch is het zo.
De vleermuis “vleugels” zijn eigenlijk de armen met vingers. De vlieghuid zit tussen de vingers en armdelen gespannen.
We mochten een dood vleermuisje zien en dan kon je duidelijk de vleugel met vingerkootjes en duim zien. Sommige hebben een gewone neus en andere een hoefijzerneus( in Limburgse grotten).
De vleermuis zie je niet zo vaak omdat hij voornamelijk ’s avonds in de schemer en ’s nachts op jacht gaat op insecten.
Doordat ze dus minder zichtbaar zijn voor ons mensen vinden we ze geheimzinnig.
Ze leven in holten van bomen , spleten van gebouwen ,in kelders, achter luiken enz.
Hij kan in de kleinste spleten, gaten en holtes kruipen. En hangt daar op de kop aan zijn duim en vingers. Hij zal niet vallen door kramp in zijn handen , want die kan hij vergrendelen (en ontgrendelen).
Ze gaan in de winter naar een winterschuilplaats. Het liefst een vochtige donkere plek. Om niet uit de drogen tijdens de winterslaapperiodes.
Ze worden wel een paar keer wakker in de winter en proberen dan wat te eten en soms paren ze dan ook. De jongen worden pas aan het eind van de zomer geboren in kraamkamers met alleen de moedervleermuizen. De moeders zogen de jongen en vliegen tijdens de eerste dagen niet uit omdat ze de jongen voeden. Maar na een paar dagen vliegen ze weer uit om te jagen, maar komen dan geregeld terug om te voeden.
Een vleermuis moet een kwart van zijn lichaamsgewicht aan insecten eten per dag. Dat zijn erg veel muggen, vliegen en motten.
De vleermuizen hebben ogen, waarmee ze zien of het dag of nacht is. Maar ze vangen hun prooi door middel van hun gehoor. Ze stoten kleine geluidjes uit met de mond of neus en dat geluid weerkaatst tegen bomen, muren, maar ook tegen insecten. Op die manier kunnen ze de insecten vangen. Dit is een soort sonar. Ofwel echolocatie. Als ze kort bij het insect zijn vouwen ze hun vleugels meer als een kom om het vangen te vergemakkelijken.
Deze geluiden zijn voor de mens niet of nauwelijks waar te nemen. Maar met een Batdetector hoor je kleine tikjes of plopjes. Elke vleermuis heeft een bepaalde frequentie. Als ze de prooi hebben gelokaliseerd gaat het geluid korter achter elkaar. Dit is de zogenaamde vangstbuzz. Als de vleermuis de mug of mot heeft gevangen houdt het geluid op, want met volle mond kun je niet praten.
Je hebt de Dwergvleermuis, de Grootoor en de Rosse en de Watervleermuis en de Laatvlieger (met recht de laatste die ‘savonds uitvliegt om te jagen.
Wij gingen om 21.15 naar buiten met een Batdetector om te proberen vleermuizen te detecteren met de batdetector. Ben zei dat het misschien wel te koud zou zijn. Vleermuizen gaan slim te werk. Bij regen en soms erge kou gaan ze niet jagen. Alleen als het 2 dagen achtereen regent zullen ze wel moeten om niet erg af te vallen.
Bij het IVN-gebouw zagen we eerst gierzwaluwen, maar even later hoorden we al gauw de Dwergvleermuis. Ze vliegen achtjes rond de bomen om insecten te vangen.
In het Dievelaarslaantje kwam ook de Grootoor en bij de tennisbaan de Rosse langs vliegen. De batdetector kun je met een draaiknop op een andere frequentie instellen om een andere vleermuis te horen. Bij de bergingsvijver hoorden we de Watervleermuis en gingen we met een zaklamp de vleermuis volgen, kort boven het water vloog hij rond met hoge snelheid. We zagen dat de watervleermuis vrij groot was en een witte buik had.
Ieder van ons vond het prachtig om te merken dat er zoveel vleermuizen vliegen zonder dat je het normaal opmerkt. En dat de vleermuis zo’n goede manier heeft om te jagen in het donker.
Aanpassen van de prooi !
Sommige insecten hebben in de loop van de tijd geleerd om te ontsnappen. Doordat ze zich ineens laten vallen in de lucht. Of doordat ze behaarder zijn, de haren storen de echolocatie.
En sommigen maken zelf een geluidje en dat stoort ook.
■ foto’s: Marcel van den Berg
Ben Hilderink
Opmerking:
Alleen in het buitenland is in een enkel geval op een bepaalde plek de vleermuis drager van een zeldzame ziekte. In Europa komt dat niet voor. Heel soms zijn ze drager van Hondsdolheid. Daarom moeten tellers van vleermuizen worden ingeënt. En moet je een gevonden vleermuis op de grond niet met blote handen aanraken. Vleermuis zullen uit zichzelf geen mensen gaan opzoeken en bijten.