Nonnenland

Ligging
Open gebiedje ten zuidoosten van Lage Vuursche en ten noorden van de Embranchementsweg. In de gemeente Baarn.

Hoe komt u er?
Met de auto of fiets: parkeren bij recreatieterrein De Kuil van Drakesteyn.

Honden
Aangelijnd (verstoort anders de grazers en grondbroeders)

Wandelingen
De Nonnenland-wandeling van Staatbosbeheer: 3 km, zwart/witte paaltjes.
Start: Roedenlaan 300. U loopt hier tussen de koeien door over het grasland dat soms flink nat kan zijn.
Niet geschikt voor kinderwagens vanwege drassigheid en overstaphekjes. 

Eten en drinken
Diverse mogelijkheden in het dorp Lage Vuursche. Lang geleden was in dit gebied, aan het Dolderse Laantje, een oude Taveerne waar turfstekers, praamschippers en handelsreizigers graag vertoefden.

Eigenaar
Staatsbosbeheer

Omvang
Zo’n 46 hectare.

Verklaring naam
Vanaf omstreeks het jaar 1300 begon de turfwinning in dit gebied en daarmee ook de ontwatering. Dit in opdracht van het Nonnenklooster in Oostbroek in De Bilt, want zij waren de grondeigenaren. Hieraan is ook de naam Nonnenland ontleend.

Geschiedenis
Zo rond het jaar 1000 voor Chr. was dit gebied onderdeel van een zeer vochtig hoogveenmoeras dat ten westen van Soest en Baarn lag in een soort kom, een uitstuivingsvlakte achter de stuwwal van de Utrechtse Heuvelrug.
Uit oude kaarten blijkt dat er in die tijd twee beekjes door het gebied liepen.
Vanaf omstreeks het jaar 1300 begon de turfwinning in dit gebied en daarmee ook de ontwatering. Ontginning gebeurde na het graven van lange van zuid naar noord lopende watergangen, de zogenaamde groepen, die de naam Nonnegroep meekregen.

De Nonnegroepen dienden niet alleen voor afwatering, maar ook voor vervoer van de geoogste turf. De turf werd verder via een west-oost-vaart (nu de Praamgracht of Pijnenburger Grift geheten) naar Utrecht of de Eem getransporteerd.
Deze vaart is nu de zuidgrens van Het Nonneland en de oostelijke Nonnegroep, die langs het Dolderse Laantje loopt, is de oostgrens van het gebied.

De Nonnegroep aan de westelijke grens van het gebied, wordt op de kaart van de provincie Utrecht van 1696 aangeduid met de naam “Nonne groep Rooyende op Den Tooren van Seyst”. Dit lijkt aan te geven dat de begroeiing in die tijd zo schaars was (veel heide en zand), dat je vanaf Het Nonneland de toren van Zeist kon zien.
De Embranchementsweg bestond al in de periode van de turfwinning (vanaf 1300 na Chr). Langs deze weg, tegen de oostkant van Het Nonnenland, lag de taveerne “Den Dolder”, waar de turfstekers, praamschippers en handelsreizigers hun welverdiende versnaperingen genoten.
De naam Den Dolder komt van dolre, dolder of dollard, wat ‘moerassig gebied’ betekent. Het dorp Den Dolder, dat veel zuidelijker in een droger gebied ligt, dankt zijn naam aan deze taveerne.
De plek van de taveerne  behoort niet tot de gemeente Baarn, maar tot de gemeente Zeist, waar ook Den Dolder onder valt.

Wat kunt u in dit gebied verwachten?
Vanaf de Embranchementsweg zie je tussen het bos wat weilanden liggen, een akker, een mooi laantje met bomen en een klein loofhoutbosje. Misschien ziet u een ree wegschieten.

Vogels: de roodborsttapuit, goudvink, zwarte specht, groene specht zijn in het gebied gesignaleerd.
Bij een uitgegraven poel leeft de ringslang.
Vlinders: oa  Kleine vuurvlinder, icarusblauwtje, Bruin zandoogje, Bont zandoogje, citroenvlinder
En libellen, zoals de tengere pantserjuffer, bruine winterjuffer, zwarte heidelibel, bloedrode heidelibel, steenrode heidelibel, viervlek en de keizerlibel.

Naast opschot en wat dopheide groeien in dit gebiedje ook bv de koningsvaren, Klein zonnedauw en de zeldzame moeraswolfsklauw.

Enige tijd terug is besloten om het Nonnenland wat opener te maken en het kronkelende beekje, dat rond het jaar 1000 door het gebied liep en waarvan ook nu nog sporen in de bodem terug te vinden zijn, weer uit te graven. De recentere sloten voeren het water nog te snel af. Om het water langer in het gebied vast te houden, moet het opgestuwd worden door het plaatsen van stuwen in de recentere sloten. De oude situatie krijg je weliswaar niet meer terug, want de veenontginning kun je niet meer ongedaan maken. Maar het resultaat is inmiddels wel: een nat gebied.

In 2007 is een corridor gemaakt van het heidegebied rondom het Pluismeer naar het nattere Nonnenland. dit moet uitwisseling tussen planten en dieren mogelijk maken.

Deze informatie is oa. ontleend aan artikel in de NatuurNabij van Margriet Hartman en Hans de Vos Burchart, beiden actief lid van IVN De Bilt e.o.

foto: Dick Nagelhout