

Weekendwandeling Fliegerhorst Deelen in Schaarsbergen overweldigend succes !
Onverwacht grote belangstelling voor Buitenplaats Koningsweg
Op de laatste zondag van de maand organiseert IVN Natuur-educatie Arnhem altijd een ‘weekendwandeling’ in of om de stad.
Vaak zijn het geliefde natuurgebieden, zoals het Sonsbeekpark, Warnsborn of Meinerswijk.
Soms wordt een nieuwe plek bezocht.
Zoals op zondag 30 juni, toen voor het eerst Buitenplaats Koningsweg werd ontdekt.
Niet ver van de ingang Schaarsbergen van De Hoge Veluwe ligt een terrein dat in de oorlog Fliegerhorst Deelen heette.
Een vliegveld voor jachtvliegtuigen, die eerst aanvallen op Engeland deden en later geallieerde bommenwerpers op weg naar Duitsland aanvielen.
Er waren zo’n 900 gebouwen, waaronder 60 hangars.
Die waren vermomd als boerderijen met dikke muren, zodat ze vanuit de lucht op vriendelijke dorpjes leken.
De startbanen waren groen geverfd om een smal pad te lijken, niets was wat het leek.
Werkplaatsen, radarposten, munitiedepots, kantoren, verblijven voor soldaten, piloten en ‘Blitzmädel’, een kapel, alles was er.
Nu zijn er nog zo’n 200 gebouwen over in een verder landelijk en bosrijk gebied.
Een tijd woonden er kunstenaars en nu worden gebouwen gerenoveerd en komt er nieuwbouw bij.
Ik was bij uitzondering de enige gids en verwachtte niet veel toeloop op zo’n verre en voor velen onbekende locatie.
Toen ik op de warme middag om 13.45 uur aankwam stonden er al zo’n 25 geïnteresseerden te wachten. En bij de start om 14 uur waren er 45 deelnemers, waaronder enige oud-militairen en veel die er voor het eerst kwamen.
Na mijn introductie over de geschiedenis van het gebied gingen we op weg voor een twee uur durende kennismaking. We zagen oude gebouwen met hun dikke muren, maar ook de natuur liet zich niet onbetuigd. Rick Backx liet bij een sloopplek, waar planten het terrein heroveren door zich tussen stenen te wringen, het bloeiende en bloedende Sint Janskruid zien.
Het heeft medicinale eigenschappen tegen ongemakken als depressie en zonnebrand.
En vroeger hielp het kruid om de duivel te verjagen, onweer te weren en, mits door een naakte vrouw op Midzomernacht geplukt, haar vruchtbaarheid te bevorderen.
In veel bomen hangen vleermuiskasten. We liepen door een gemengd bos met stervende bomen; hun dode hout is voedsel voor allerlei insecten en paddenstoelen.
Naast het bospad was een mierenkolonie hard aan het werk, maar vooral ondergronds.
De bodem waar wij vaak in gedachten of gedachteloos overheen lopen, verbergt een onderaardse wereld volgeheimen, die af en toe aan de oppervlakte komen.
Een idyllisch gelegen ‘boerderij’ omgeven door een tarweakker blijkt weer een hangar.
Binnen is RAUCHEN VERBOTEN te lezen.
Op de rolbaan naar het vliegveld wonen onder honderden zandheuveltjes solitaire bijen.
Aan de rand van het open veld akkers met aardappels en mais, met mooie akkerranden voor meer biodiversiteit.
Een voormalige plas is nu een meurend waterreservoir en de loods voor locomotieven voor de aanvoer van bouwmateriaal en munitie een vriendelijk woonhuis. Niets is wat het was.
Langs het hek van De Hoge Veluwe is het verschil tussen ‘toekomstbomen’ met stip en ‘verdwijnbomen’ met oranje streep duidelijk te zien.
Aan het eind van de wandeling ligt een beetje verborgen een oud kapelletje, dat langzaam aan het vergaan is.
Ook de natuur gaat zijn eigen gang.
Niets blijft zoals het nu is.
Krijno Horlings, natuurgids van IVN Natuur-educatie Arnhem