

5 vragen aan Jip Louwe Kooijmans van de Vogelbescherming
Jip Louwe Kooijmans is teamhoofd van het beschermingsprogramma stadsvogels van de Vogelbescherming. We stellen hem 5 vragen over natuurinclusief bouwen.
Wat doen jullie vanuit de Vogelbescherming aan natuurinclusief bouwen?
“Wij waren de eerste natuurorganisatie in Nederland die in 2006 een speciaal programma voor de stad ontwikkelde. Daarmee hebben we dit onderwerp op de agenda gezet.
Binnen ons programma houden we ons onder andere bezig met voorzieningen voor vogels in en rondom huizen. Denk aan neststenen en voorzieningen voor de huiszwaluw en huismus. Naast het agenderen van dit onderwerp is het tweede doel om kennis hierover op de juiste plek te krijgen, dus bij gemeenten, woningcorporaties en projectontwikkelaars.”
Waarom is natuurinclusief bouwen in de stad zo belangrijk?
“Voor sommige soorten is de stad het belangrijkste leefgebied, het zijn gebouwbewonende vogels en vleermuizen. Ze zijn afhankelijk van onze gebouwen en huizen om te overleven. Soorten zijn volgend aan het landschap. De wijze waarop mensen het landschap inrichten en veranderen, bepaalt welke soorten er kunnen voorkomen en welke zullen verdwijnen. Het is dus essentieel om bij nieuwbouw- en renovatieprojecten te zorgen dat er ook voor hen een plekje is in de stad.
Bovendien is meer groen in de stad voor mensen ook onmisbaar. Het zorgt voor de opvang van water, het verkoelt en het zorgt letterlijk voor zuurstof. Het maakt een stad klimaatbestendig. Je kunt het zo zien: de aanwezigheid van vogels staat voor kwaliteit van leven in de stad. Als je in de lente ’s morgens geen vogels hoort, is er iets mis in je woonomgeving.”
Zie je verandering in de manier waarop er tegenwoordig gebouwd wordt?
“Natuurinclusief bouwen is nog niet de standaard, maar er zijn wel koplopers die het concept omarmen en gaan voor neststenen en groene daken. Dat was 15 jaar geleden nog niet zo. Dus er zit beweging in.”
Hoe zien jullie de rol van IVN? Wat is onze meerwaarde?
“Het is belangrijk dat er een breed maatschappelijk draagvlak is voor natuurinclusief bouwen. Organisaties als de Vogelbescherming en IVN kunnen daaraan bijdragen met het delen van kennis op dat vlak. Wij zijn goed in het smeden van coalities en trekken hierin ook samen op. IVN is goed in netwerken en dat is belangrijk, want we hebben meer spelers nodig dan alleen wijzelf. Denk aan de overheid en de woningbouwmarkt. Die hebben onze input nodig.”
Hoe zie jij de toekomst?
“Het zou goed zijn als natuurinclusief bouwen in het Besluit Bouwwerken Leefomgeving (BBL) komt te staan. We moeten namelijk verder kijken dan alleen de gebouwen. Ook de leefomgeving zelf is belangrijk, want daar halen de vogels hun voedsel. Ik ben ervan overtuigd dat dit eraan zit te komen. En het zou mooi zijn als het voor inwoners net zo gewoon wordt om een ‘groene’ in plaats van ‘grijze’ tuin te hebben als dat ze hun afval scheiden.”